Brussel zet vervuiling oppervlaktewater op rekening Nederlandse landbouw
Doel van de Nitraatrichtlijn is waterverontreiniging, veroorzaakt door nitraten uit agrarische bronnen, te verminderen en verdere verontreiniging erdoor te voorkomen. Lidstaten zijn verplicht iedere vier jaar gegevens aan te leveren over de kwaliteit van de wateren. De Europese Commissie stelt vast in welke mate het water vermest is en of genomen maatregelen voldoende effect hebben op de waterkwaliteit.
Volgens de EC ligt de fout bij de Nederlandse regering die vooraf had moeten selecteren welke vervuiling wel, en welke niet aan de landbouw is toe te rekenen. Nederland stelt echter dat het alle metingen heeft aangeleverd omdat de Europese nitraatrapportage dit zou eisen.
Onderzoek van stichting Agrifacts (Staf) wijst uit dat bij ongeveer twintig procent van de meetlocaties de kwaliteit van het water niet door de landbouw wordt bepaald, maar door rioolwaterzuivering, -overstorten, vogelplassen. of andere bronnen. Staf vroeg hiervoor de locatie- en meetgegevens op die de basis vormen voor de EU-kaart. Aan de hand van het feitenoverzicht Kaderrichtlijn Water stelde Staf per meetlocatie vast waar de gemeten vervuiling afkomstig van was.
Vogelplassen
Uit het feitenrelaas blijkt dat in een aantal gevallen sprake is van vogelplassen. Deze bevinden zich in natuurgebieden als de Oostvaarderplassen en Lepelaarsplassen in Flevoland, Vogelplas Starrevaart bij Den Haag en een aantal duinmeren, onder meer op Texel en langs de Noord-Hollandse kust. Als voorbeeld noemt Staf het duingebied Zwanenwater (NH), waar zeer hoge concentraties stikstofvervuiling worden gemeten. Waterbeheerder Hoogheemraadschap Hollands Noorderkwartier zegt in een reactie: “Omdat het aantal vogels in het gebied groot is, vormen zij naar verwachting de belangrijkste bron. Een aalscholverkolonie zat voorheen bij de westelijke waterplas, maar de laatste jaren bij de oostelijke waterplas, waar ook ons meetpunt in ligt.”
Riool
Behalve vogelplassen zijn er veel andere meetpunten waar de landbouw niet, of niet de enige bron van vervuiling is. Bij circa een vijfde van de meetlocaties speelt rioolwaterzuivering een rol. Riooloverstorten beïnvloeden de waterkwaliteit op ongeveer vijftien procent van de meetpunten.
Nederland leverde in Brussel de meetgegevens aan van 708 waterlichamen zonder onderscheid te maken tussen landbouw-, stedelijke of natuurwateren. De EC ging er zondermeer van uit dat het in alle gevallen metingen waren in oppervlaktewateren die beïnvloed worden door de landbouw. Een eerder onderzoek in december 2022, naar de herkomst van metingen aangaande het grondwater leidde tot een zelfde conclusie.
Verschil
Tweede Kamerlid Caroline Van der Plas (BBB) stelde naar aanleiding van het eerste onderzoek al vragen over de gang van zaken aan landbouwminister Piet Adema. Hij antwoordde: „In het kader van de landenrapportage is een lidstaat verplicht om alle monitoringsdata die gebruikt zijn voor de nationale nitraatrapportage te uploaden naar de Europese Commissie. Hier heeft Nederland aan voldaan en deze dataset omvat ook de meetpunten uit de categorie natuur en overig.”
Eurocommissaris Virginijus Sinkevičius spreekt Adema tegen. Zijn woordvoerder antwoordde eerder op vragen van STAF dat het alleen gaat om metingen op locaties waar de landbouw significante invloed heeft. Sinkevičius bevestigt dit in maart nogmaals op vragen van Europarlementariër Bert-Jan Ruissen (SGP). Sinkevičius: “Het monitoringnetwerk heeft tot doel het effect van landbouwactiviteiten op de waterkwaliteit weer te geven. Lidstaten moeten meetpunten opnemen op plaatsen waar de landbouw aanzienlijk bijdraagt aan de gemelde situatie.”
Tekst: Hermien van der Aa
Woont en werkt op een melkveebedrijf in Hernen met als neventakken educatie en zorglandbouw. Sinds 2020 parttime redacteur melkvee bij Agrio, waar ze hoofdzakelijk schrijft voor de website melkvee.nl, het vakblad Melkvee en de regiobladen
Beeld: Ruth van Schriek
Bron: Stichting Agri Facts