Vervolgstap is een praktijkproef op pluimveebedrijven
Vaccinatietraject vogelgriep gaat door met twee vaccins
Het is de uitkomst van een onderzoek in een lab in opdracht van Adema. 'Belangrijk is dat de vaccins pluimvee in het lab niet alleen bescherming gaven tegen ziekteverschijnselen, maar ook verspreiding van het vogelgriepvirus tegengaan', schrijft Adema.
Eendagskuikens
De vaccins waarmee de overheid doorgaat zijn HVT-H5 vectorvaccins. Beide vaccins moeten, volgens de instructie van de farmaceut, worden toegediend op de broederij, bij eendagskuikens, zoals nu ook al gangbare praktijk is voor vaccinatie tegen bijvoorbeeld Newcastle disease (NCD).
Praktijk
Er volgt nu onderzoek in de praktijk. Daarvoor wordt een veldproef op enkele pluimveebedrijven voorbereid. Ook wordt een pilot voorbereid om op grotere schaal pluimveebedrijven in Nederland te vaccineren. 'Onder praktijkomstandigheden kan de effectiviteit van een vaccin mogelijk anders zijn dan onder gecontroleerde omstandigheden in een laboratorium. In een pluimveestal zijn bijvoorbeeld de huisvesting en het stalklimaat anders, worden de dieren tegen meer ziekten gevaccineerd en zijn er andere kiemen in de stal aanwezig die de effectiviteit van een vaccin zouden kunnen beïnvloeden', schrijft Adema.
Adema geeft ook een reactie: „Ik ben blij dat er twee vaccins zijn waarmee we het vaccinatietraject tegen vogelgriep kunnen voortzetten. Ik zet de stappen in het vaccinatietraject zo snel mogelijk, maar wil dit ook zorgvuldig en verantwoord doen vanwege volksgezondheid, diergezondheid, en de impact op pluimveehouders en andere betrokken partijen."
Perspectief
Hij gaat verder: „De vogelgriepsituatie met een permanente dreiging vanuit wilde vogels, vraagt een intensievere aanpak. Vaccinatie biedt hiervoor perspectief voor gehouden pluimvee. Daarbij is van belang dat er voldoende draagvlak is: bij andere lidstaten in de Europese Unie, pluimveehouders en marktpartijen, we hebben actieve medewerking van iedereen nodig om het vaccinatietraject te laten slagen."
De twee vectorvaccins zijn nog niet toegelaten op de Europese markt. Adema schrijft in zijn Kamerbrief: 'Het vaccineren met niet-toegelaten vaccins brengt diverse risico’s met zich mee, voor volks- en diergezondheid, omdat het vaccin dan niet de gebruikelijke toetsing op kwaliteit, veiligheid en effectiviteit heeft doorlopen. Het is mijns inziens onverstandig en onverantwoord om met niet-toegelaten vaccins op grote schaal pluimvee in Nederland te vaccineren. De Europese toelating van de vaccins is een verantwoordelijkheid van de farmaceutische bedrijven. Alle betrokken partijen zijn doordrongen van het belang en ik reken op een zorgvuldige, maar snelle procedure.' Dierentuinen mogen wel een vaccinatieprogramma gaan uitvoeren, staat in de Kamerbrief van Adema.
WUR: Twee vaccins effectief tegen vogelgriep
Twee van de vier vaccins die zijn getest op hun werking tegen HPAI (hoogpathogene aviaire influenza) H5N1 vogelgriep, blijken effectief onder laboratorium omstandigheden. „De zogenoemde HVT-H5 vaccins bieden bescherming tegen ziekteverschijnselen bij legkippen én voorkomen verspreiding van het virus”, zegt Nancy Beerens. Zij is hoofd van het Nationale Referentielaboratorium aviaire influenza.
De vaccinstudie werd uitgevoerd bij Wageningen Bioveterinary Research, onderdeel van Wageningen University & Research (WUR), in samenwerking met de Universiteit Utrecht, Royal GD en WUR, in opdracht van het ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (LNV).
Vaccins
In het onderzoek zijn drie moderne typen vaccins getest op hun effectiviteit bij legkippen. Het betreft:
- HVT-H5 vaccin van Ceva Sante Animale
- HVT-H5 vaccin van Boehringer Ingelheim Animal Health
- DNA-vaccin van Huvepharma
Daarnaast werd het Nobilis vaccin van Merck Sharp & Dome meegenomen in de studie. Dit is een ouder type vaccin, en het enige vaccin dat momenteel in Nederland is geregistreerd. De effectiviteit van het Nobilis-vaccin tegen het huidige vogelgriepvirus werd nog niet eerder getest.
„Belangrijk bij de selectie van de vaccins was dat we onderscheid kunnen maken tussen dieren die zijn gevaccineerd, en dieren die antistoffen hebben omdat ze een infectie hebben doorgemaakt. Bij de drie moderne vaccins kan dit onderscheid worden gemaakt; deze voldoen aan het zogenoemde DIVA-principe”, legt onderzoeksleider Nancy Beerens uit. Het betreft vaccins die al op de markt zijn in andere landen, of die in een ver stadium van ontwikkeling zijn. Of deze vaccins tegen het huidige HPAI H5N1 virus werken en verspreiding van het virus tussen legkippen kunnen voorkomen, was echter nog niet eerder getest.
Studie-opzet
Ieder vaccin werd aan tien legkippen toegediend. Vervolgens werden vijf kippen geïnfecteerd met het vogelgriepvirus; deze werden samen met 5 kippen die niet werden geïnfecteerd in een stal geplaatst. Op deze manier werd onderzocht of het virus van de geïnfecteerde kippen zou worden verspreid naar de niet-geïnfecteerde dieren.
Beide HVT-H5 vaccins bleken 100 procent effectief in de proef
Resultaten
Beide HVT-H5 vaccins bleken 100 procent effectief in het bestrijden van ziekte en sterfte na infectie met het HPAI H5N1-virus. Dit in tegenstelling tot de andere twee vaccins waarbij wel ziekte werd waargenomen. Uit de studie kwam naar voren dat beide HVT-H5 vaccins virusverspreiding tussen kippen voorkomen. Voor deze vaccins kwam het berekende reproductiegetal (R-waarde) in de proef uit op 0.
Vervolg
„Uit onze studie blijkt dat de beide HVT-H5 vaccins onder laboratoriumomstandigheden effectief zijn en beschermen tegen zowel ziekteverschijnselen als virusverspreiding. Deze vaccins voldoen aan het DIVA-principe en zijn op basis daarvan goede kandidaten voor verder onderzoek in de praktijk”, zegt Beerens. HVT-H5 vaccins kunnen in het ei of aan eendagskuikens in de broederij worden toegediend.
Vaccins kunnen in het veld minder goed werken dan in onderzoeksfaciliteiten. „Het is daarom belangrijk om te onderzoeken of de vaccins goed werken onder praktijkomstandigheden, hoe lang de vaccins beschermen, en of er een boosterprik nodig is.” Het ministerie van LNV laat een veldstudie uitvoeren die deze zomer zal starten. Daarnaast moeten de vaccins nog worden geregistreerd in Nederland en de Europese Unie. „Er zijn nog wel enkele hobbels te nemen, maar de resultaten van ons onderzoek zijn een belangrijke eerste stap op weg naar vaccinatie tegen het vogelgriepvirus in de pluimveehouderij”, stelt Beerens.
Tekst: Guus Daamen
Als zoon van een fruitteler opgegroeid tussen de appelbomen in Gelderland. Tijdens mijn master Journalistiek aan de Vrije Universiteit in Amsterdam mij verder gespecialiseerd in politiek. Schrijft voor Agrio voornamelijk over Politiek en Beleid. Luistert, vraagt en onderzoekt. Andere passie: sport.
Beeld: Wageningen Bioveterinary Research
Bronnen: Ministerie van Landbouw, Natuur, Voedselkwaliteit, Wageningen Bioveterinary Research