Van der Wal: ‘Wijziging habitatrichtlijn noodzakelijke correctie’

Diverse landbouworganisaties kwamen in de eerste helft van januari in het geweer tegen het Wijzigingsbesluit Habitatrichtlijn van minister Van der Wal van Natuur en Stikstof. Daaronder Agractie, Farmers Defence Force, de Dutch Dairymen Board en de stichting Samenleving, Landbouw en Natuur. De stichting Stikstofclaim (SSC) en NewMob zijn zelfs naar de rechter gestapt.

Partijgenoot

Kamerlid Thom van Campen (VVD) stelde er vervolgens Kamervragen over. Hij wilde onder meer van de minister (eveneens VVD) weten op grond waarvan zij had besloten om ongeveer 150 habitattypen en 70 soorten per wijzigingsbesluit aan de bestaande Natura-2000 gebieden toe te voegen. En ook wat de reden is deze habitattypen en soorten niet zijn aangewezen op het moment van aanwijzen vanaf 2008.

Ten onrechte

Volgens Van der Wal gaat het 'Wijzigingsbesluit Habitatrichtlijngebieden vanwege aanwezige waarden' van 22 november 2022. ‘Zoals reeds eerder aangegeven in de NPLG-brief van 25 november 2022 regelt het besluit het beschermen van habitattypen en soorten die ten onrechte in de oorspronkelijke aanwijzingsbesluiten (met name uit de jaren 2009-2013) nog niet beschermd werden. Het gaat om correcties, dus geen actualisering.'

Aanvulling noodzakelijk

'In de oorspronkelijke aanwijzingsbesluiten waren namelijk nog niet alle habitattypen en soorten opgenomen die toen al bestendig aanwezig waren', vervolgt Van der Wal. 'Volgens vaste jurisprudentie zijn daarmee de aanwijzingsbesluiten niet compleet en is aanvulling noodzakelijk om te kunnen voldoen aan de vereisten van de Habitatrichtlijn, zoals nader wordt toegelicht op pagina 23 van het besluit. Het voldoen aan die vereisten was een belangrijk uitgangspunt voor het kunnen starten met het proces van het NPLG en het opstellen van natuurdoelanalyses.'

Juridische kwetsbaarheid

Van der Wal opnieuw: 'Voor aanvragers van vergunningen is het belangrijk dat toestemming wordt verleend na toetsing aan inhoudelijk juiste aanwijzingsbesluiten. Het niet compleet zijn van de aanwijzingsbesluiten was een juridische kwetsbaarheid waar al op was gewezen in procedures tegen verleende vergunningen. Het was dus ook in het belang van ondernemers om die kwetsbaarheid weg te nemen.’

Klik hier voor de volledige lijst met vragen van Van Campen en de beantwoording ervan door minister Van der Wal.