Column: Een positieve kijk op de nieuwe minister van landbouw
De minister van landbouw heeft tegenwoordig geen makkelijke taak. Gevangen tussen boeren en ondernemers die vooruit willen en milieugroeperingen die zich grote zorgen maken over onze aarde en leefomgeving moet hij of zij het werk doen. De grote zwijgende meerderheid kijkt gelaten toe. De vorige minister van landbouw heeft het niet gered. De heer Staghouwer trad af voordat hij persoonlijk ten onder ging. Zijn voorganger, mevrouw Schouten, hield het wel vol, maar leek ook wel een robot die alleen maar de taak van het kabinet uitvoerde. Deze boerendochter toonde weinig empathie voor de situatie waarin de boeren in Nederland in verkeren.
Leek ook wel een robot die alleen maar de taak van het kabinet uitvoerde
De nieuwe minister van landbouw, de heer Adema, maakte bij een bijeenkomst in Horst op 17 oktober een goede indruk op mij. Ontspannen luisterde hij naar het commentaar en de vragen van de boeren in de zaal. Hij had zich voor de gelegenheid gekleed in een trui en spijkerbroek. Hij wilde duidelijk geen afstand creëren en dat lukte hem goed. Na vele negatieve ervaringen met beleidsmakers in Nederland wilde ik maar eens de positieve kant van deze minister belichten in deze column. Als hij het goed voor heeft met de landbouw in Nederland dan heeft hij onze steun nodig. Ik heb een paar positieve uitspraken tijdens deze bijeenkomst getwitterd en die vat ik hieronder samen:
Piet Adema begon zijn ministerschap met de mededeling aan zijn nieuwe collega’s dat we die derogatie in Brussel 'weer even moeten rechtzetten.' Dat hij daar onvoorwaardelijk voor wilde gaan, is te prijzen. Helaas hebben zijn voorgangers (en Rutte) het verprutst en is er nu niets meer aan te doen. Hij deelt dan ook terecht zijn zorg: kan de politiek wel leveren? Eisen stellen is mooi maar als de overheid zelf niet levert, kun je ondernemers niet opzadelen met een onmogelijke taak.
Een andere goede eigenschap is zijn kritische houding ten opzichte van de negatieve framing
Een andere goede eigenschap is zijn kritische houding ten opzichte van de negatieve framing die de linkse politiek gebruikt in Den Haag. Hij noemde als voorbeeld de poging van Jesse Klaver om de bouw en boeren tegen elkaar op te zetten. Boeren zitten de woningbouw niet in de weg en er is dus geen krimp nodig om ruimte te creëren voor woningbouw. Krimp is wat Adema betreft ook geen doel op zich. Ik hoop dat de heer Adema dergelijke standpunten duidelijk inneemt bij de debatten in de Tweede Kamer. Laat het daar alsjeblieft om de inhoud gaan in plaats van dat populistische gedoe van Klaver en consorten.
Wat de minister betreft worden boeren nu geconfronteerd met ingewikkelde regels waardoor ze veel adviseurs nodig hebben. Dat zou toch niet nodig moeten zijn? Regels (en wat mij betreft zeker ook subsidieregels) zouden door ondernemers zelfstandig gevolgd moeten kunnen worden. Veel tijd en geld gaat verloren aan adviseurs. In sommige gevallen eist de overheid het zelfs en is een handtekening van of begeleiding door een ‘erkend’ adviseur nodig. Laat ons alsjeblieft geen land van consultants worden.
Uiteraard was het stikstofkaartje al van tafel. Dat kaartje sloeg natuurlijk helemaal nergens op. Minister Adema werkt liever bottom up: vanuit probleemgebieden wordt gewerkt aan een oplossing en daarbij werken alle partijen samen. Hopelijk betekent dit dat er ook echt wordt geluisterd naar de praktijkdeskundigen. Ik ben benieuwd hoe Adema dan omgaat met stikstofminister Van der Wal. Niet gehinderd door enige kennis en met oogkleppen op dendert zij door om haar taak te vervullen. Laat Adema deze bulldozer toe in het kwetsbare landbouwgebied?
Ik ben benieuwd hoe Adema omgaat met stikstofminister Van der Wal
De grootste zorg in de zaal was het perspectief. Wat biedt deze regering onze boeren, hun kinderen en hun ketenpartners? Welk economische onderbouwing is er voor het gepresenteerde beleid? Uiteraard kon Adema nog geen pasklaar perspectief presenteren maar ik was wel blij om te horen dat onze import en export mag blijven. Dat is belangrijk voor onze voedselvoorziening en onze welvaart. Circulair betekent wat hem betreft dan ook niet persé een klein kringetje. Hoe groot dat kringetje dan wel moet zijn, werd me niet helemaal duidelijk maar deze minister snapt in ieder geval dat Nederland geen eiland is en dat export naar belendende EU-landen er gewoon bij hoort.
Vertrouwen komt te voet en gaat te paard maar ik ben blij dat de minister de moeite neemt om in gesprek te gaan met de mensen uit de praktijk, de mensen die het echt moeten gaan doen. Met een positieve houding en een open discussie moeten in dit mooie land met zijn sterke landbouwsector voorop kunnen blijven lopen. En voor degenen die met hem in gesprek gaan is dit overzicht handig om op een rijtje te hebben wat hij vond toen ie nog niet verpest was door het Haagse wereldje.