Minder stikstofemissie door minder-eiwitrijk voer vleeskuiken

De beste stikstofreducerende maatregel is de brongerichte, concludeert het Vlaamse instituut voor Landbouw-, Visserij- en Voedingsonderzoek (ILVO). Dit uitgangspunt was de basis voor het doctoraat van Madri Brink (ILVO-UGent- Proefbedrijf Pluimveehouderij). „En er zijn ook gunstige effecten als je consequent leeftijdsaangepast voer geeft en als je zorgvuldig omgaat met strooiselkeuze en -management”, aldus ILVO.
Synthetische aminozuren
Vleeskuikens krijgen in hun leven verschillende soorten voer; een starter als ze klein zijn, een groeier op middenleeftijd en een ‘finisher’ in de laatste weken voor de slacht. Op het moment van het vergelijkend experiment bestonden de klassieke voersoorten voor respectievelijk 21,5, 20,5 en 19,5 procent uit eiwit. Madri Brink zelf daarover: „Toen ik bij de twee laatste voersoorten de eiwitfractie liet dalen met respectievelijk 1,75 en 1,5 procent en dat compenseerde met een kleine dosis synthetische aminozuren die geen stikstofverlies geven, telde ik tegen het einde van de productie maar de helft zoveel stikstofemissie, in vergelijking met het klassieke voer. Een zeer groot verschil.”
Even calorierijk
Het klassieke en het experimentele voer waren precies even calorierijk, aldus ILVO verder over het onderzoek. „De emissie werd vastgesteld met een meting vlak boven de strooisellaag, want uit die laag vervluchtigen de ammoniakpartikels, die in de atmosfeer stikstofemissie worden. De vleeskuikens groeiden met beide soorten voer even goed, hun dierenwelzijn bleef op peil. De lucht in de stal bevatte minder ammoniak met het experimenteel voeder, wat voor de dieren en de pluimveehouder aangenamer is.”
Strooisellaag
Een kanttekening is dat de uiteindelijke emissie die uit een kippenstal komt sterk samenhangt met de toestand van de strooisellaag. ILVO: „Is die droger (korreliger) dan ontstaat er meer stikstofemissie maar is het voor de kip zelf wel beter. Evolueert het strooisel met de uitwerpselen naar een verkleefde, platte, vochtige korst, des te minder emissie, maar des te meer kans om voetzoolwonden bij het dier. Ventilatie, om de vloer droog te houden, is dus zeker ook een factor in het stikstofverhaal.”
Preciezer voeren
Evelyne Delezie, ILVO pluimveeonderzoeker en promotor van Madri Brink: „Preciezer voeren, met een samenstelling die precies past bij de leeftijd en die de minimum eiwitgrens benadert, is de les uit dit doctoraat. Sinds deze experimenten zie ik de verschillende soorten voer bij de praktijkbedrijven inderdaad al opschuiven naar iets lagere eiwitgehaltes.”
„Dit soort onderzoek kan, indien toegepast en geborgd, uitmonden in een officieel erkende stikstofverlagende maatregel”, aldus ILVO ter besluit.

Tekst: Erik Kruisselbrink
Is als freelance vakbladredacteur van vele markten thuis.
Beeld: Susan Rexwinkel