Eendenhouders uit Gelderse Vallei moeten verplicht kadavers testen op vogelgriep

De maatregel is per direct van kracht en ingesteld door het ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit. 'Eenden gaan soms dood aan vogelgriep, maar op koppelniveau is de mortaliteit vaak beperkt. Ook de andere verschijnselen als water- en voerinnamedaling zijn niet altijd significant. Dat betekent dat houders een besmetting niet snel opmerken en een besmetting een tijd lang ongemerkt kan verlopen. Door wekelijks onderzoek van dode eenden op het vogelgriepvirus wordt de kans groter dan een infectie toch aan het licht komt groter. Dit is een EW-systeem (earlywarningsysteem). Dit betekent een geringere kans dat het bedrijf een besmettingsbron vormt voor andere bedrijven. Ook kan de verspreiding van het vogelgriepvirus beter worden gemonitord', schrijft het ministerie in een openbaar document.

Kadavers bewaren

De nieuwe regel geldt alleen voor eendenhouders in de Gelderse Vallei Zuid en de Gelderse Vallei Noord. Vanwege vogelgriepbesmettingen in onder meer Lunteren probeert de Rijksoverheid op deze manier verspreiding tussen bedrijven een halt toe te roepen. Er gelden al strenge maatregelen zoals vervoersverboden in het getroffen gebied. 'Eendenhouders dienen eenmaal per week kadavers aan te bieden aan de Gezondheidsdienst voor Dieren, met een maximum van vijf kadavers. Dit betekent daarmee ook dat exploitanten, indien in een week één of meerdere eenden zijn overleden, zij de kadavers op hun bedrijf bewaren.'