60 Vlaamse veebedrijven moeten dicht
Meest vervuilende Vlaamse pluimveebedrijven moeten deuren sluiten
Na maanden onderhandelen heeft de Vlaamse regering dan toch een akkoord bereikt over het stikstofdossier. De regering kondigde vandaag een doorbraak aan rond het stikstofdossier. Alhoewel het nog wachten is op officiële communicatie lekte er via diverse media toch al informatie uit. De grootste inspanningen zullen door varkens- en pluimveebedrijven moeten geleverd worden. Alle varkens- en pluimveebedrijven die geen emissiearme stallen hebben moeten hun uitstoot tegen 2030 met 60 procent terugbrengen. Nu zijn er al grote gevolgen. In totaal moeten al zeker 40 'vervuilende' veebedrijven en twee mestbedrijven de deuren sluiten. Die hadden eerder al code rood gekregen, wat een duidelijk signaal was dat het verhaal min of meer toch afgelopen zou zijn. Ook voor 18 bedrijven, die al in een traject zaten om hun activiteiten stop te zetten, is het einde verhaal. In totaal gaan 60 veebedrijven dicht. Hoeveel pluimveebedrijven en varkensbedrijven nu tot die 60 meest 'vervuilende' veebedrijven behoren weten we niet. De vraag is aan de woordvoerder van minister voor Omgeving Zuhal Demir alleszins gesteld. Het is wachten op meer duidelijkheid.
Oranje bedrijven
Er zijn natuurlijk ook veel bedrijven die in een oranje zone liggen. Het gaat om een 120 tal landbouwbedrijven. Wie tot de meest 'vervuilende' behoort, zou toch het aanbod krijgen om vrijwillig te sluiten. Ze mogen wel rekenen op een financiële compensatie. Ze mogen wel open blijven als ze de nodige inspanningen leveren om wél aan de milieuvoorwaarden te voldoen. Enkel onder strenge voorwaarden, mogen ze verder doen. De overheid zal steun bieden voor bepaalde investeren, zoals nieuwe installaties in stallen of de overschakeling op ander veevoeder. Voor de landbouwers voor wie de investeringen te hoog zijn, komt de regering tussen met een vrijwillige opkoopvergoeding, waarbij het bedrijf geld krijgt om de deuren te sluiten. Hoe vroeger het bedrijf stopt, hoe hoger de vergoeding. Voor de varkenssector komt een aparte regeling, omdat de sector zo hard in crisis zit. De sector heeft daarom nood aan een betere compensatie, klinkt het in de regering. Voor biobedrijven en kleine, familiale landbouwbedrijven zullen minder strenge regels gelden. Er komt hier ook een aparte regeling om de investeringen voor hen haalbaar te houden. De Vlaamse regering maakt tot 2030 in totaal 3,6 miljard euro vrij voor het stikstofdossier. 2,3 miljard euro van dat bedrag zijn nieuwe middelen.
Rode bedrijven zullen onteigend worden
Op de persconferentie heeft de Vlaamse regering meer uitleg gegeven over het stikstofakkoord. De Vlaamse regering beseft dat het stikstofakkoord een zeer moeilijke horde wordt voor de landbouwers om te nemen. Dat hebben Zuhal Demir, Vlaams minister voor Omgeving, en Hilde Crevits, minister voor Landbouw bevestigd op een persconferentie.
Zuhal Demir, Vlaams minister voor Omgeving, vertelde op de persconferentie dat er heel hard gewerkt is om tot een goed en robuust juridisch kader te komen. „Het is een belangrijk kader om tegen 2030 de overschrijdingen van stikstof te verminderen. We willen rechtszekerheid bieden aan heel veel landbouwbedrijven en vermijden dat we in een vergunningsstop komen. Ik besef dat het kader in het begin zeer streng is. Voor de varkens- en pluimveebedrijven gaan we de uitstoot met 60 procent terugdringen, vlees en melkvee willen we terugdringen met 15 procent en mestkalveren -20 procent. Dat is heel veel. We gaan dit doen met technologie. Voor de varkenssector willen we naar een vermindering van het aantal varkens met 30 procent naar 2030. Er zal een flankerend beleid bij zijn. We hebben ook de nodige aandacht voor kleine familiale landbouwbedrijven die niet de nodige middelen hebben om te investeren. De rode bedrijven gaan we tegen 2025 moeten sluiten. Het is een moeilijke beslissing. Het gaat over veel families en gezinnen. Het gaat wel om de piekbelasters. Die gaan we tegen 2025 sluiten. We stellen er een correcte vergoeding tegenover. Wie vroeger stopt, krijgt ook een vergoeding van 10 procent in 2024 of 20 procent in 2023.” Voor de intensieve veeteelt wordt een drempel van ammoniakuitstoot van 0,025 procent voorop gesteld. Dat kunnen we wetenschappelijk onderbouwen. Voor de industrie en transport wordt een drempel van 1 procent gehanteerd. “Die sector zal ook moeten investeren”, zegt Demir. “Vanaf 2028 gaan we ook een meststop invoeren voor waardevolle natuurgebieden. Landbouwers zullen daar ook een vergoeding voor krijgen, van 10.000 euro per hectare. Maar als men vroeger stopt met bemesten, komt daar een extra bovenop. We gaan ook investeren in natuurherstel. We gaan in 193 gebieden een herstel doen.”
Jonge beuren krijgen meer steun
Op de persconferentie nam ook Hilde Crevits, minister bevoegd voor de Landbouw. Ze heeft een dubbel gevoel bij het akkoord. „Ik ben erg blij dat we de knoop hebben doorgehakt, maar ik ben ook erg bezorgd voor onze landbouw, voor de komende jaren. We geven nu duidelijkheid. Bedrijven kunnen hervergund worden, als ze hun emissies doen dalen. Jonge en actieve boeren moeten een toekomstperspectief krijgen. We doen dat door in te zetten op forse steun. Jonge boeren onder de 40 kunnen we extra steun geven. Europa laat dat ook toe. Waar vroeger de steun voor investering voor nieuwe technieken bepaald was op 40 procent, stijgen we nu - als het voor een varkensstal gaat - naar 65 procent steun op de stal. Dat is enorm veel meer. Bovendien bekijken we ook of we geen waarborgen kunnen voorzien voor wat boeren extra moeten betalen. We geloven dat technologie een stukje van de oplossing van de toekomst kan zijn. En dat we het willen mogelijk maken voor jonge mensen om die investering te doen. Als het over varkens gaat, moeten we ook aan afbouw denken. We denken dat we aan een daling van 30 procent van de varkensstapel kunnen geraken. Ik was daar eigenlijk geen voorstander van, maar we zitten in een heel slechte situatie. En de landbouwers waren zelf vragende partij voor een vergoeding die hen zou toelaten om hun bedrijfsactiviteiten te stoppen. Daarom hebben we een stimulerende regeling voor deze boeren voorzien die hun varkensactiviteiten of tak willen stoppen. De vergoeding is royaal en heel correct, ook naar oranje bedrijven die willen stoppen. Bij de rode bedrijven is dat enorm pijnlijk. Je zou dat contractbreuk kunnen noemen. Maar we gaan een gedwongen onteigening toepassen. We gaan rekening houden met de looptijd van de bedrijven. We gaan niet enkel de economische waarde vergoeden, maar ook wat de bedrijven gerateerd hebben. We zullen iets soepeler zijn naar kleine bedrijven en biobedrijven, die een kleine en lokale impact hebben een natuur.” Om alles verder te begeleiden, heeft de regering een intendant aangesteld, namelijk Piet Vanthemsche. Hij heeft gedurende zijn loopbaan tal van functies uitgeoefend in de Belgische voedsel- en landbouwsector. Hij was voorzitter van de Belgische Boerenbond en gastprofessor aan de Universiteit Gent. “We geven hem de tijd om met de boeren te spreken en hen te laten meestappen in het project, zoals in Nederland gebeurt,” aldus Crevits.
Tekst: Matthias Vanheerentals
Beeld: Susan Rexwinkel