Emissiefactor voor buizenverwarming fors omhoog
De eerder vastgestelde emissiefactoren voor het huisvestingssysteem ‘stal met buizenverwarming’ (BWL 2017.01.V3, BWL 2017.09.V1 en BWL 2017.11.V1) bleken te laag te zijn ingeschat, ook al is destijds volgens protocol gemeten, meldt Hoeve Advies. De factoren zijn op basis van een advies van de TAP aangepast.
Zo gaat de emissiefactor voor vleeskuikens bij gebruik van dit stalsysteem (E 5.15) omhoog van 0,012 kg NH3 naar 0,021 kg NH3 per dierplaats per jaar. Deskundigen zijn van mening dat op grond van nieuwe inzichten en extrapolatie de factor omhoog moet omdat gedurende de metingen de stallen niet lang genoeg zijn gemeten. Ook al vielen de meetwaarden binnen de daartoe door het protocol gestelde tijdsperiode (groeifase) en voldeed het verder aan de landbouwkundige randvoorwaarden, waardoor de emissie zou zijn onderschat.
Mogelijk vervelende consequenties
Het ophogen van de emissiefactor kan vervelende consequenties hebben in lopende milieu- en natuuraanvragen nu daar alsnog een hogere factor in moet worden toegepast, aldus Hoeve Advies.
Een hogere emissiewaarde heeft voor verleende vergunningen geen directe consequenties, behalve bij bedrijven waar het stalsysteem is ingezet om door middel van intern salderen te voldoen aan de maximale emissiewaarde van het Besluit emissiearme huisvesting. Deze bedrijven zouden door verhoging van de emissiefactor niet langer aan de voor interne saldering gestelde eisen voldoen.
Intern salderen
Om problemen te voorkomen is eindnoot 36 aan de RAV-lijst toegevoegd: wanneer een (reeds vastgestelde) emissiefactor wordt verhoogd blijft de eerder vastgestelde emissiefactor gelden voor reeds toegepaste systemen en technieken wanneer hiermee intern is gesaldeerd. Het ministerie verwacht dat dit niet vaak is gebeurd omdat buizenverwarming nog maar enkele jaren is erkend en waarschijnlijk niet vaak voor intern salderen is ingezet.
De mogelijkheid om voor reeds toegepaste systemen de voorheen geldende emissiefactor toe te passen heeft een vangnetfunctie. Het gaat hierbij enkel om intern salderen als bedoeld in artikel 3, derde lid, van de Wet ammoniak en veehouderij of artikel 5, tweede lid van het Besluit emissiearme huisvesting.
Reageren op regeling
Van 20 januari tot en met 17 februari 2022 kan via de website van het Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat (I&W) gereageerd worden op deze regeling en de toelichting. Het gaat met name om gevolgen die niet in de toelichting op de wijziging zijn genoemd of naar mening van de belanghebbende onvoldoende zijn meegewogen.
Tekst: Tom Schotman
Groeide op een vleeskuikenbedrijf in het Achterhoekse Vragender op. Schrijft sinds augustus 2013 voor Pluimveeweb.nl, vakblad Pluimveeweb, Pigbusiness.nl, vakblad Pig Business en de regionale agrarische vakbladen van Agrio.
Beeld: Ellen Meinen
Bron: Hoeve Advies