Al 400 vogelgriepuitbraken op pluimveebedrijven in Europa
Grootste uitbraak van vogelgriep ooit in Europa
Beerens is het hoofd van het Nationaal Referentie Laboratorium voor Aviaire Influenza (vogelgriep) van Wageningen Bioveterinary Research in Lelystad. Ondanks de vele pluimveebedrijven, de hoge pluimveedichtheid en de vele wilde watervogels die in Nederland overwinteren, doet Nederland het met elf besmette pluimveebedrijven niet slecht, vergeleken met andere landen in Europa. „In Italië zijn al bijna tweehonderd uitbraken gemeld doordat het virus zich ook heeft weten te verspreiden tussen bedrijven.”
Tegen het virus zelf is niet zo veel te doen, volgens Beerens: „Ons enige wapen in de strijd tegen vogelgriep is momenteel het voorkomen van contact tussen pluimvee en wilde vogels of hun vogelpoep.” Het ministerie van LNV stelde in oktober al een ophokplicht in en voor pluimveehouders gelden strenge hygiëne-eisen. Volgens Beerens is het onduidelijk wanneer het virus Nederland weer verlaat.
‘Veel dode wilde vogels gevonden’
Beerens spreekt van een grote vogelgriepepidemie. Ze wijst erop dat er veel dode wilde vogels worden gevonden. Vooral in waterrijke gebieden waar veel watervogels zitten, zoals langs de IJssel. „Onder zwanen, ganzen en meeuwen is de sterfte echt behoorlijk groot. Dat loopt wel tot in de tienduizenden. En dat is echt overal in het land”, vertelt Albert de Jong van Sovon Vogelonderzoek Nederland.
Sovon houdt het aantal dode wilde (water)vogels bij. Sovon roept burgers op een dode of stervende vogel bij hen te melden. Zo weet Sovon waar het virus zich bevindt. Een deel van de vogels ook op voor nader onderzoek. Zo haalt Sovon dode wilde vogels op rond pluimveehouderijen in de Gelderse Vallei, aangezien het virus gevaar vormt voor het pluimvee op de pluimveebedrijven in die regio.
‘Onvoldoende bestreden in Azië’
Vogelgriepvirussen zijn van nature aanwezig in wilde vogels, maar in varianten die bijna geen ziekte veroorzaken. In het verleden is een dergelijk vogelgriepvirus in Azië terechtgekomen in pluimvee, waarna het volgens Wageningen UR onvoldoende is bestreden en kon voortwoekeren. Het virus is daar gemuteerd naar een veel gevaarlijkere variant en weer terechtgekomen in de wilde vogelpopulatie, aldus Wageningen UR.
In Nederland worden op pluimveebedrijven regelmatig monsters genomen en onderzocht op de aanwezigheid van vogelgriep. Een situatie waarin een vogelgriepvirus kan voortwoekeren en muteren is onwaarschijnlijk in Nederland, volgens Wageningen UR.
Het vogelgriepvirus dat nu in Europa voor problemen zorgt, ontstond ruim 25 jaar geleden bij pluimvee in Azië en wordt sindsdien door wilde vogels over de hele wereld verspreid. Beerens geeft tegenover De Gelderlander aan dat het virus sinds 2014 bijna elk jaar terugkeert in Nederland en andere landen in Europa en zorgt voor uitbraken op pluimveebedrijven. „Eerst hadden we dus nog de hoop dat het virus zou uitdoven in de wildevogelpopulatie, maar dat lijkt niet zo te zijn. We zien het virus juist steeds vaker terugkomen. Dat zal naar verwachting komende jaren niet anders zijn.”
Symptomen bij mensen mild
Dat het virus jaarlijks terugkeert in Nederland is niet zonder risico. Al is de kans dat een mens in Nederland besmet raakt met vogelgriep heel klein, volgens Beerens. „Indien dat gebeurt dan zijn de symptomen meestal heel mild.” Ze wijst er burgers op om contact met dode of zieke vogels of pluimvee te vermijden om zodoende niet in contact te komen met het virus en een besmetting te voorkomen. Sovon stipt aan dat mensen geen dode of stervende vogels mee moeten nemen. „Houd 1,5 meter afstand”, adviseert De Jong. Dit zorgt er ook voor dat het virus zich niet via bijvoorbeeld schoenzolen verspreidt.
Dat het virus met name in de winter voor problemen zorgt, kan Sovon verklaren. „In de zomer verspreiden trekvogels zich vaak geïsoleerd van elkaar, in de winter zitten ze meer op een kluitje”, licht De Jong toe.
Het virus zorgde dit najaar voor veel dode wilde water vogels. „Op met name de knobbelzwaan, de brandgans en de grauwe gans is het een serieuze aanslag: je hebt het al snel over enkele procenten van de hele populatie die doodgaan.” Risico's zitten er ook bij de veel zeldzamere roofvogels. „Die eten de dode watervogels op, zoals de zeearend en de slechtvalk, en kunnen het virus dan ook krijgen. Die vogels zijn echter heel wat schaarser”, legt De Jong uit. Vooralsnog blijft het virus wel vooral onder de watervogels. „Bij één huismus is het virus aangetroffen. Dus dat valt nog mee”, zegt De Jong tegen De Gelderlander.
Vaccineren
De Nederlandse pluimveesector baalt er hevig van dat de vogelgriep de afgelopen jaren vrijwel jaarlijks terugkeerde en voor uitbraken zorgde op pluimveebedrijven. Vrijwel iedereen binnen de Nederlandse pluimveesector is het er wel over eens: Vaccineren is de beste oplossing tegen vogelgriep, mits er geen handelsbelemmeringen komen. Momenteel is er echter nog geen effectief vaccin tegen H5N8: de hoog pathogene vogelgriepvariant die de afgelopen jaren voor veel problemen zorgen in West-Europa. Het ontwikkelen van een dergelijk vaccin is mogelijk. Het grootste probleem is om andere landen, waar Nederland pluimveeproducten naar exporteert te overtuigen dat vaccinatie de beste oplossing tegen vogelgriep is.
Voormannen uit de pluimveesector verwachten dat het nog minstens vijf jaar duurt voordat vaccinatie wordt toegepast aangezien politici uit diverse landen hierover moeten beslissen en dit soort processen erg lang duren. Daarnaast kan het vogelgriepvirus muteren waardoor het vaccin moet worden aangepast. In vakblad Pluimveeweb van augustus vorig jaar stond een uitgebreid achtergrondverhaal over vaccineren tegen vogelgriep.
Tekst: Tom Schotman
Groeide op een vleeskuikenbedrijf in het Achterhoekse Vragender op. Schrijft sinds augustus 2013 voor Pluimveeweb.nl, vakblad Pluimveeweb, Pigbusiness.nl, vakblad Pig Business en de regionale agrarische vakbladen van Agrio.
Beeld: Gerard Burgers
Bron: De Gelderlander