Inkomen pluimveehouder 75 procent lager door hogere voerkosten

Het gemiddelde inkomen voor leghennenhouders is 75 procent lager dan vorig jaar en bedraagt 21.000 euro, volgens berekeningen van Wageningen Economic Research. Dat is vooral het gevolg van hogere voerkosten. De hogere eieropbrengsten compenseerden minder dan de helft van de kostenstijging. De gemiddelde eierprijzen (inclusief contracten) zijn in 2021 ten opzichte van 2020 gemiddeld bijna 4 procent gestegen. Wel zijn er grote verschillen tussen de verschillende segmenten (houderijsystemen).
Scharreleierprijzen iets gedaald
Tijdens de coronacrisis is de vraag naar eieren in supermarkten gestegen ten koste van de consumptie buitenshuis. Daarvan hebben vooral de prijzen van vrije uitloopeieren, biologische eieren en Beter Leven keurmerkeieren geprofiteerd.
De marktprijzen voor scharreleieren zijn op jaarbasis iets gedaald, maar voerprijzen zijn op jaarbasis met 18 procent gestegen. De legsector heeft al sinds eind 2019 last van hogere voerprijzen, vooral door duurder graan. De voerkosten maken dit jaar ruim 50 procent uit van de totale kosten. Het huidige geraamde inkomen ligt maar liefst 65.000 euro onder het meerjarig gemiddelde van 2016-2020, aldus Wageningen Economic Research.
Inkomen vleeskuikenbedrijven twee derde lager
Het inkomen van het gemiddelde vleeskuikenbedrijf is als gevolg van de hogere voerkosten 67 procent lager dan vorig jaar en komt uit om 21.000 euro berekende Wageningen Economic Research. De opbrengsten stijgden dit jaar wel doordat de prijzen voor vleeskuikens zich herstelden. Dit geldt zowel voor de regulier gehouden kuikens (circa 65 procent van de productie) als voor langzaam groeiende kuikens (concepten en Beter Leven keurmerk). Gemiddeld stegen de prijzen met bijna 7 procent.
De prijs van vleeskuikenkorrel is in 2021 op jaarbasis met 18 procent gestegen. Bij de kuikens maken de voerkosten zelfs ruim twee derde uit van de totale bedrijfskosten. Het huidige geraamde inkomen heeft het laagste niveau sinds 2013 en ligt maar liefst 80.000 euro onder het meerjarig gemiddelde van 2016-2020.
'Spreiding tussen vleeskuikenbedrijven nog nooit zo hoog'
De spreiding qua inkomens tussen vleeskuikenbedrijven was nog nooit zo hoog als dit jaar. „De vraag naar kip van supermarkten steeg als gevolg van corona terwijl de vraag naar kip vanuit de foodservice markt daalde aangezien horeca lang gesloten was", zegt pluimvee econoom Peter van Horne van Wageningen Economic Research. „Daarom is de spreiding in inkomens tussen vleeskuikenbedrijven zo groot dit jaar. Een vleeskuikenhouder met trager groeiende vleeskuikens bestemd voor een supermarkt heeft een veel hoger inkomen dan zijn collega met reguliere vleeskuikens."
'10 procent minder vleeskuikens'
Aangezien supermarkten uiterlijk in 2023 overschakelen op 1 ster Beter Leven kip komen er grote veranderingen aan in de vleeskuikenhouderij. Volgens Van Horne zijn er nog veel vragen: Hoeveel vleeskuikenhouders krijgen een vergunning van hun gemeente om overdekte uitlopen te bouwen? Gaat de verzekering in alle gevallen mee? En hoeveel vleeskuikenhouders krijgen een financiering? „De investering in overdekte uitlopen is niet niks. Je praat al gauw over 200.000, 300.000 of 400.000 euro of zelfs meer."
Van Horne schat in dat het aantal vleeskuikenplaatsen het komend jaar 10 procent daalt in Nederland door de overgang naar 1 ster Beter Leven kip. „Dat is een schatting van mij. Nu is twee derde nog reguliere kip en een derde conceptkip. Ik verwacht dat dit in 2023 fifty-fifty is. Maar voerfabrikanten, slachterijen en banken schatten dit anders in zoals 40-60 of 30-70. Zij schatten ook in dat het aantal vleeskuikenplaatsen verder daalt komend jaar. Maar hoewel het lastig is om een bouwvergunning te krijgen, komen er in het Noorden van Nederland vleeskuikenstallen bij. Bovendien komen er overdekte uitlopen bij die ook meetellen als leefoppervlakte voor de kuikens."
Volgens Van Horne komt er komend jaar en de komende jaren een tweedeling in de vleeskuikensector. „Een vleeskuikenhouder moet kiezen of hij zekerheid wil in een integratie voor de Nederlandse markt met 1 ster Beter Leven. Of wil produceren voor de foodservicemarkt die vooral op de export gericht is. Daarbij is de vraag hoe de afzet naar Duitsland en Groot-Brittannië zich ontwikkeld. Aangezien Groot-Brittannië nu een derde land is, ben ik niet zo optimistisch over de afzet van kip naar Groot-Brittannië", zegt Van Horne. „Maar hoe de prijzen van reguliere kip zich de komende jaren ontwikkelen, weet ik niet. Daarom is het nu nog niet te zeggen in welke markt het rendement de komende jaren het hoogst is."
Grote verschillen tussen sectoren
Tussen en ook binnen bedrijfstypen in de land- en tuinbouw zijn de verschillen in inkomen ieder jaar groot. Dit geldt ook voor 2021. Zo hebben akkerbouwers en glastuinders in de sierteelt een goed jaar achter de rug. Ook melkveehouders zagen hun inkomen stijgen. Pluimveehouders en varkenshouders kampten daarentegen met een daling van hun inkomen ondanks de coronasteunmaatregelen van de overheid.
Dit kwam ook naar voren uit de jaarlijkse inkomensraming van Wageningen Economic Research onder leiding van agrarisch bedrijfseconoom Harold van der Meulen. „In 2021 zien we ten opzichte van vorig jaar in veel land- en tuinbouwsectoren hogere opbrengstprijzen voor geleverde producten. Dat is mooi, maar desondanks staan in veel sectoren de marges onder druk door sterk gestegen prijzen van voer, energie en kunstmest. Hierdoor zien lang niet alle boeren en tuinders de hogere opbrengstprijzen terug in een beter inkomen", zegt Van der Meulen.

Tekst: Tom Schotman
Groeide op een vleeskuikenbedrijf in het Achterhoekse Vragender op. Schrijft sinds augustus 2013 voor Pluimveeweb.nl, vakblad Pluimveeweb, Pigbusiness.nl, vakblad Pig Business en de regionale agrarische vakbladen van Agrio.
Beeld: Ellen Meinen
Bron: Wageningen Economic Research