Nauwelijks vraag en niet duurzame productie
Broederhaantjes blijven ethisch dilemma
![](http://d3ncyx4db87lab.cloudfront.net/04/28/209/broederhaantjemg.-detail.jpg)
Vanaf 1 januari 2022 is het in Duitsland verboden om haankuikens van commerciële legrassen te doden. Voorheen werden de eendagshaantjes gebruikt als diervoeder. „Productie van diervoeder is niet het gewenste resultaat van de eendagshaantjes. Daarom is het een ethisch vraagstuk en geen dierwelzijnsprobleem”, stelt Mona Giersberg.
Ze vraagt zich af of met het opfokken van broederhaantjes niet een tweede ethisch dilemma ontstaat. „Broederhaantjes zijn niet te vergelijken met vleeskuikens. De praktische kennis en technische vaardigheden zijn niet voorhanden. Het vlees heeft geen economische waarde. In de praktijk zien we misstanden en het dierenwelzijn wordt aangetast”, zegt Giersberg. Ze ziet daar een rol weggelegd voor dierenartsen.
Dubbeldoelkip
Giersberg onderzocht van 2015 tot 2019 de geschiktheid van een dubbeldoelkip, Lohman Dual, binnen het Integhof project. Het houden van mannelijke leghybriden lijkt hierbij mogelijk. Bij het Integhof project zijn de kanttekeningen om pikkerij en uitval te voorkomen; kleine groepen van 2000 kuikens met een lage bezetting van 10 haantjes per vierkante meter. Met stalverrijking en de kuikens zijn maximaal 75 dagen oud geworden. Op 63 dagen wegen de kuikens 1336 gram met 2,3 procent uitval. „De conclusie is dat we van het ene ethische dilemma naar een tweede gaan; er is nauwelijks vraag naar het haantjesvlees en de productie is niet duurzaam. De voerconversie is hoog en er is veel ruimte nodig”, aldus de onderzoeker.
Ze verbaast zich over de Duitse wetgeving. „De politiek stelt wetten vast zonder duurzaamheid mee te nemen.”
In ovo
Alternatieven voor het opfokken van broederhaantjes zijn in ovo geslachtsbepaling waarbij het geslacht van het embryo in een vroeg stadium van het broedproces wordt bepaald. Er zijn nu drie praktijkbedrijven, Seleggt, Planton en In Ovo, met een endocrinologische methode op dag 9. Vanaf 2024 moet de bepaling uiterlijk op dag 7 plaatsvinden. De vierde praktijkmethode AAT met een spectroscopische methode werkt alleen voor bruine legrassen op dag 13. Het is de vraag hoe ver deze methodes geschikt zijn voor de praktijk.