LTO en minister noemen wetswijziging voor meer dierenwelzijn 'onuitvoerbaar'
Een meerderheid van de Tweede Kamer nam vorige week drie amendementen van de Partij voor de Dieren (PvdD) aan die vooral gericht zijn op een beter dierenwelzijn. Zo moeten vanaf 2022 de houderijsystemen aan het natuurlijke gedrag van het dier aangepast worden en niet meer andersom. Minister Schouten ontraadde het amendement eerder tijdens het debat al omdat hij onuitvoerbaar is.
'Dieren zouden hun natuurlijke gedrag moeten kunnen vertonen, ze zouden daglicht krijgen en voldoende ruimte om zich goed te kunnen bewegen. Maar op dit moment worden dieren in de gangbare Nederlandse veehouderij nog altijd ernstig beperkt in hun natuurlijk gedrag. Met fysieke ingrepen zoals het couperen van biggenstaartjes worden dieren nog altijd aangepast aan het houderijsysteem', zo staat in de wetswijziging van de PvdD.
Minister Schouten van LNV was tijdens het debat over de Wet Dieren duidelijk. Ze ontraadde daarin het amendement omdat deze 'te algemeen is geformuleerd, tot veel discussie gaat leiden en praktisch niet uitvoerbaar is'. Daarnaast suggereerde Schouten dat de huidige wet al voldoende ruimte biedt om bepaalde regels te stellen of een gericht verbod in te stellen als de Kamer dit wenst.
Kan leiden tot grote problemen
LTO Nederland waarschuwt voor wetgeving die wellicht goede intenties heeft – het dierenwelzijn verhogen – maar in de praktijk juist tot grote problemen zou leiden en zelfs het tegenovergestelde kan veroorzaken. „Veehouders zetten zich dagelijks in om het dierenwelzijn verder te verbeteren. Fysieke ingrepen worden toegepast vanwege de dierveiligheid, en de sector werkt al aan het afbouwen. Het kost tijd om dat op een verantwoorde manier te doen, zulke ingrepen gebeuren op dit moment natuurlijk niet voor niets. De intentie van de Tweede Kamer begrijpen we, maar door het op deze manier in de wet vast te leggen is het risico levensgroot dat dieren én veehouders hiervan de dupe zijn,” aldus Jeannette van de Ven, portefeuillehouder Gezonde Dieren.
De pluimveesector heeft afgesproken dat er vanaf 2023 geen ingrepen meer worden gedaan bij hanen. Daarvoor is een gezamenlijke routekaart uitgestippeld en dergelijke onderwerpen worden ook op Europees niveau besproken. „Deze aanpak is in lijn met de positie van de Raad voor Dieraangelegenheden. Zo maar stoppen met ingrepen zorgt voor meer problemen voor het dierenwelzijn dan de ingreep zelf. Dat kan niet de bedoeling zijn van onze volksvertegenwoordigers,” aldus Van de Ven.
Gevolgen wetswijziging
De Eerste Kamer moet nog instemmen met de wet en die kijkt vooral naar uitvoerbaarheid van de wetgeving. LTO Nederland staat daarom in contact met verschillende politieke partijen en met het ministerie van LNV om te voorkomen dat er 'onwerkbare regelgeving' komt.