RDA gaat met advies doden van dieren en dierwaardige veehouderij komen
Net als sterfte van jonge dieren is volgens de Raad ook het doden van dieren een van de schurende kwesties. Ze schat in dat de veranderende houding van mensen ten opzichte van dieren leidt tot verdere discussie over dit onderwerp. De Raad komt binnenkort met een advies over de rechtvaardiging, de uitvoering en de procedures rond het doden van dieren. die verschillen per situatie. Bij productiedieren is de benadering anders dan bij dieren die overlast veroorzaken of bij gezelschapsdieren. In de zienswijze over dit onderwerp geeft de Raad inzicht in de verschillen en waar mogelijk adviezen voor beleid en wetgeving.
Welzijnsissues en maatschappelijke zorgen
„Het thema is heel breed”, stelt Franck Meijboom, universitair hoofddocent Ethiek aan de Universiteit Utrecht. „Voor productiedieren die worden gedood voor voedsel is de problematiek heel anders dan bijvoorbeeld voor dieren die overlast veroorzaken of voor dieren die moeten worden geruimd om een ziekte-uitbraak te beteugelen. We kijken naar vragen als: waarom is het doden gerechtvaardigd, hoe wordt het uitgevoerd, welke welzijnsissues en maatschappelijke zorgen spelen een rol?.” In 2021 brengt de Raad alles samen en hoopt ze af te sluiten met een zienswijze. We willen laten zien waar de verschillen liggen en wat dat zegt over de manier waarop mensen met dieren omgaan. „Dat maakt de diverse benaderingen bespreekbaar en geeft een kader voor de discussie over het doden van dieren.”
Dierwaardige veehouderij
De Raad heeft eerder opgeroepen om in de transitie naar kringlooplandbouw het welzijn van productiedieren centraal te stellen. In de zienswijze ‘Dierwaardige veehouderij’ wordt dit verder uitgewerkt. Wat is een dierwaardige veehouderij en wat kan de overheid doen om ervoor te zorgen dat deze vorm van dierhouderij wordt toegepast? Uitgangspunt is ‘positief welzijn’, dat wil zeggen aspecten die bijdragen aan het welzijn. Dat is een andere benadering dan aanpassingen op bestaande systemen die zijn gericht op het wegnemen van negatieve aspecten.
Economische en maatschappelijke context
“De minister vraagt formeel aan de Raad om de leidende principes voor een dierwaarwaardige veehouderij uit te werken”, vertelt Gerda van Dijk, hoogleraar publiek leiderschap aan de Vrije Universiteit Amsterdam, in het jaarverslag. „Daar weten we al heel veel over, vanuit wetenschappelijk onderzoek naar onder andere de fysiologie en het gedrag van dieren. Waar mogelijk zullen we deze kennis aanvullen vanuit maatschappelijk-ethische visies. In de zienswijze, die we in 2021 zullen uitbrengen, voegen we op eigen initiatief nog een stap toe. We willen ook iets zeggen over handelingsperspectief vanuit de overheid. Dat is nodig omdat het niet vanzelf voor elkaar komt. Je kunt niet verwachten dat ondernemers eenvoudigweg het lijstje met leidende principes afwerken. Veehouders zijn niet tegen dierwaardige veehouderij, maar hebben te maken met een economische en maatschappelijke context.”
Een context die volgens Van Dijk gegeven de klimaatverandering ook komende jaren sterk zal veranderen. „In welke richting zal de dierwaardige veehouderij zich dan ontwikkelen? En op welke wijze kan de overheid daarin gericht een stimulerende rol spelen? Dat er iets moet veranderen in de veehouderij staat vast. In Staat van het Dier zagen we al dat de samenleving steeds meer belang hecht aan een dierwaardige veehouderij.”
Gezondheid en Rechtspositie dieren
In 2021 staan er tenminste twee nieuwe onderwerpen op de agenda: gezondheid en de rechtspositie van dieren. Door de coronapandemie is aandacht voor diergezondheid urgenter geworden. Het coronavirus is immers afkomstig van dieren. Wat betekent dit voor de manier waarop Nederlanders samenleven met dieren? Ook een aantal andere issues blijven actueel, zoals antibioticaresistente infecties en endemische ziekten die te maken hebben met houderijsystemen. In het denken over de omgang met dieren ontwikkelt de rol van de mens zich van heerser, via rentmeester in de richting van een nieuw partnerschap. We gunnen dieren steeds meer, maar dat heeft nog niet geleid tot een andere juridische positie.
Demoniseren veehouderij
Jan Staman, voorzitter van de RDA: „We moeten ons de vraag stellen: hoe beperken we zoönosen zodra ze de kop opsteken en voorkomen we dat een infectie zich ontwikkelt tot een pandemie? Het is verstandig ons nu nationaal en internationaal te beraden op hoe we samenleven met elkaar en met dieren. Het is nodig na te denken over preventieve maatregelen, zowel nationaal als internationaal. We schieten er niets mee op als de pandemie wordt gebruikt om de veehouderij te demoniseren. Er is werk aan de winkel en de gevolgen kunnen ingrijpend zijn voor de veehouderij van de toekomst en ook voor onze verhouding met gezelschapsdieren.”
Tekst: Reinout Burgers
Al bijna 25 jaar volg en schrijf ik als journalist onder meer over de varkenshouderij en pluimveehouderij. Twee uiterst boeiende en dynamische sectoren met veel gepassioneerde ondernemers.
Beeld: Susan Rexwinkel
Bron: Raad voor Dierenaangelegenheden