'Biologische voerprijs stijgt door nieuwe bio wetgeving'
Nu mag er nog 5 procent gangbaar eiwit, zoals maïsglutenmeel 60% of aardappeleiwit worden gebruikt in biologisch voer. Vanaf 1 januari volgend jaar mag dit nog wel in biologisch opfokleghennenvoer maar niet meer bij biologisch leghennenvoer. Het gevolg is dat de prijs van biologisch leghennenvoer stijgt.
Commercieel directeur Johan Schuttert van AgruniekRijnvallei verwacht daarentegen niet dat de biologische eierprijzen stijgen volgend jaar. „De vraag naar biologische eieren stijgt in Nederland en Duitsland maar ook in België en andere West-Europese landen. Leghennenhouders anticiperen hierop door nieuwe biologische leghennenstallen te bouwen waardoor hen aanbod biologische eieren ook toeneemt. Wij verwachten dat het extra aanbod van biologische eieren voldoende is om de hogere vraag in te vullen en denken niet dat de biologische eierprijzen stijgen volgend jaar. Wel denken we dat biologische leghennenhouders de komende jaren acceptabele prijzen ontvangen waarmee ze uit de voeten kunnen”, zegt Schuttert.
Dat vertelden Van Vilsteren en Schuttert dinsdagavond 20 april tijdens een online bijeenkomst over nieuwe biologische wetgeving voor legpluimvee van AgruniekRijnvallei. Hierin gingen Van Vilsteren, Schuttert en anderen in op de nieuwe biologische wetgeving voor legpluimvee die 1 januari volgend jaar ingaat en de gevolgen hiervan.
Wintergarten geen staloppervlakte meer
Door de nieuwe wetgeving telt de overdekte uitloop (of Wintergarten) vanaf 1 januari volgend jaar niet meer mee als staloppervlak bij het bepalen van dieraantallen in de biologische legpluimveehouderij. Voor bestaande stallen is er een overgangsperiode tot 1 januari 2025 indien er sprake is van een aanzienlijke verlaging van de bezettingsdichtheid. De term ‘aanzienlijk’ is niet verder gedefinieerd in de Biologische Verordening en dit behoeft daarom nog verdere invulling. Maar de regel geldt voor alle koppels die 1 januari 2025 aanwezig zijn. Dus ook koppels die in 2024 zijn opgezet.
Het gevolg is dat veel biologische leghennenhouders in Nederland door deze maatregel 20 tot 25 procent van de aantallen dieren in moeten leveren. Dat de overdekte uitloop vanaf 1 januari 2022 niet meer meetelt als staloppervlakte is één van de vele aanpassingen in regelgeving voor de biologische pluimveehouderij. Pluimveeweb.nl publiceerde in januari een artikel met de belangrijkste wijzigingen.
Geen gangbare eiwitten in leghennenvoer
Vanaf volgend jaar moet er in biologisch pluimveevoer 30 procent in plaats van 20 procent van alle voergrondstoffen afkomstig zijn uit de eigen regio. Onder eigen regio interpreteert Skal alle EU-lidstaten. „Dit is geen probleem omdat er in de EU voldoende biologische granen geteeld worden”, geeft Van Vilsteren aan.
„KAT gaat echter nog een stap verder en wil dat allen biologische grondstoffen afkomstig zijn uit Nederland, België of Noordoost-Duitsland. In die regio worden echter niet zoveel granen geteeld waardoor de beschikbaarheid lastig is en de kosten waarschijnlijk omhoog gaan.”
Geen gangbaar eiwit
Dat er geen gangbaar eiwit meer gebruikt mag worden in leghennenvoer vindt Van Vilsteren het grootste probleem wat betreft biologisch pluimveevoer. „We worden hierdoor meer afhankelijk van biologische grondstoffen. Biologische granen worden er voldoende geteeld, maar veel methionine houdende grondstoffen zoals zonnebloem zijn slecht beschikbaar”, legt hij uit. „Dat zorgt voor een hoger risico. Stel dat er een oogst mislukt of een vracht vertraging oploopt dan gaan de prijzen omhoog.” AgruniekRijnvallei anticipeert hierop door altijd voor minimaal twee maanden biologische grondstoffen in voorraad te hebben.
„In voer moet voldoende methionine zitten. In maïsglutenmeel 60% zit veel methionine, maar die mogen we vanaf 1 januari volgend jaar niet meer gebruiken. In biologische eiwithoudende grondstoffen zit echter weinig methionine. Ditgeldt vooral voor vlinderbloemige grondstofffen zoals erwten en veldbonen. In zonnebloem zit wel veel methionine”, legt hij uit. „Het lage methioninegehalte in het biologische leghennenvoer kan tot problemen leiden met de verteerbaarheid van het voer en daardoor ook de voeropname. Een goede voeropname is echter uitermate belangrijk vooral in het begin van een ronde. De eerste dertig weken zijn namelijk cruciaal bij leghennen.”
Voer wordt duurder
„Aan voer stellen we ook volgend jaar wel dezelfde nutritionele eisen. Het gevolg is dat het voer duurder wordt.” In januari berekende Van Vilsteren hoeveel. „Met de prijzen in januari werd standaard leghennenvoer dat veel klanten van ons ontvangen 15 tot 16 euro per ton duurder.” Hoeveel duurder biologisch leghennenvoer in januari volgend jaar is, kan hij nu nog niet zeggen.
„Nu is de beschikbaarheid van biologische grondstoffen redelijk, maar hoe is dat in 2022 wanneer de hele EU aan deze wetgeving moet voldoen?” Van Vilsteren maakt zich de meeste zorgen over de beschikbaarheid van biologische grondstoffen. Het gevolg is dat de voerprijzen stijgen en kan ook zijn dat er concessies gedaan moeten worden aan de voerkwaliteit – omdat goede grondstoffen er niet zijn of onbetaalbaar zijn. Dat heeft dan weer invloed op de technische resultaten.
Insecten
Insecten toepassen in biologisch leghennenvoer is mogelijke een oplossing. „Insecten mogen nu al levend worden gevoerd aan pluimvee. Er is een wetsvoorstel gedaan om het gebruik van insectenmeel (meel van dode en verwerkte insecten) vanaf volgend jaar toe te staan in de EU. De Europese Commissie beslist daar op zijn vroegst voor de zomer over”, zegt Van Vilsteren. Hij zou het gebruik van insectenmeel toejuichen evenals de terugkeer van diermeel.
„Wij passen nu veel vismeel toe in onze biologische leghennenvoeders. Vismeel is vrijgesteld in de nieuwe wetgeving en mag ook volgend jaar nog steeds gebruikt worden bij leghennen. Indien insectenmeel en diermeel ook worden toegestaan zijn er meer alternatieven voor eiwithoudende grondstoffen. Dat kan een gunstige invloed hebben op de prijs van biologisch voer”, legt hij uit.