'Landbouwgebied in Vlaanderen is haast vogelvrij'

De impact van de veehouderij op het milieu was een belangrijk onderdeel op het debat. Jeroen Dewulf, professor aan de Faculteit Diergeneeskunde van de Universiteit Gent, vindt dat er een grens moet komen aan de groei van de totale productie. „De totale productie en de bijhorende milieu impact is het probleem, niet de individuele bedrijven. Van mij mogen bedrijven weldegelijk groeien maar dan ter vervanging van kleinere bedrijven die stoppen. Ik vind dat de milieu- en klimaatnormen dienen gehaald worden. Dat kan voor een stuk door productie efficiënter te organiseren, maar zal mogelijks ook voor een stuk afbouw van de productie zorgen. Wat het gebruik van antibiotica betreft, is er al een grote weg afgelegd maar een verdere reductie dringt zich op.

Vogelvrij landbouwgebied

Jos Ramaekers van Natuurpunt maakte zich op het debat ook zorgen over de impact van de
intensieve veeteelt op de natuur. „Op dat vlak schort het. Als een bedrijf te sterk groeit, dan
moet het verhuizen naar een gespecialiseerde KMO of Industriezone. De overheid moet daar voor landbouwbedrijven een beleid rond uitstippelen. Nu kan een groot landbouwbedrijf op de helft van het Vlaams grondgebied een grote stal bouwen, terwijl het niet altijd aangepast is aan de omgeving. Het landbouwgebied in Vlaanderen is haast vogelvrij. Ik pleit dat er voor stallen duidelijke zones worden afgebakend worden, waar die nog kunnen gebouwd worden. Dat moet op een geordende manier gebeuren.”

Stikstof en ammoniak

Joris Relaes, directeur van het Instituut voor Landbouw-, Visserij- en Voedingsonderzoek, vindt eveneens dat het alsmaar belangrijker wordt waar het bedrijf ligt en welke milieu-impact het veroorzaakt. „Niet de grootte van het bedrijf speelt een rol, wel welke overlast het veroorzaakt. Er zijn veel uitdagingen op het vlak van natuur, stikstof en ammoniak.” Joris Relaes pleit voor goed management in alle opzichten. „Een goed management kan een verschil maken op het vlak van antibiotica en milieu. Laat de veehouders zelf eigen oplossingen zoeken voor zaken die zich voordoen. Daar kan je een verschil maken. Het is belangrijk dat ze een rendabel verdienmodel ontwikkelen, rekening houdend met hun omgeving.”

Gezonde dieren

Volgens de professor Dewulf is efficiënt produceren belangrijker dan ooit. „Dan denk ik aan de optimalisatie van de gezondheid, de voeding, de huisvesting en zoveel meer. Als al deze zaken optimaal zijn, kunnen goede productieresultaten behaald worden wat zowel goed is voor de economische rendabiliteit als de milieu- en klimaatimpact van de dieren. Ik ben dan ook een voorstander van een duurzame intensifiëring van de productie. Dit is een vorm van dierhouderij waarbij de productie wordt geoptimaliseerd maar met aandacht voor de gezondheid en het welzijn voor de dieren en de impact op de omgeving”

Blijf kritisch

Stef Aerts, expert dierenwelzijn en ethiek aan de Odisee Hogeschool, gaf op het debat nog enkele waardevolle tips mee voor landbouwers. „Start vanuit eigen situatie”, zegt Aerts. „Houd de specialiteit van je eigen bedrijf in de gaten. Elke situatie is anders. Je moet niet doen wat je collega doet. Kijk wat er in jouw situatie aan speelveld mogelijk is. Wat is de meest waardevolle evolutie die ik kan doormaken? Veel organisaties, zoals toeleveranciers, afnemers en banken geven input en raad, maar dat advies is niet altijd onafhankelijk. Wees dus kritisch: klopt die informatie wel? Wat is het effect op mijn landbouwbedrijf en hen?”