H5 vogelgriepvirus Diksmuide blijkt laag pathogene variant

De besmettingen werden vastgesteld in een vleeskuikenbedrijf waar een licht verhoogde sterfte onder het pluimvee werd opgemerkt. Om een verdere verspreiding van het virus tegen te gaan, werd een tijdelijke bufferzone van 3 km rond de haard ingesteld; deze wordt nu aangepast naar 1 km.
Deze nieuwe besmetting brengt het aantal besmettingen bij pluimvee met het vogelgriepvirus H5 in België op drie. Behalve deze besmetting en de besmettingen met een hoogpathogene variant op een pluimveehouderij in Menen en bij een hobbyhouder in Dinant zijn er ook besmettingen vastgesteld bij wilde vogels op een tiental locaties in West-Vlaanderen en Oost-Vlaanderen.
Bufferzone van 3 km aangepast naar 1 km
Naast de reeds geldende algemene maatregelen die een verdere verspreiding van het virus moeten voorkomen, wordt de tijdelijke bufferzone van 3 km gereduceerd tot een straal van 1 km rond de getroffen pluimveehouderij in Diksmuide. Binnen dit gebied blijven de aanvullende maatregelen van kracht die in de 3 km zone van toepassing waren. Deze maatregelen in de zone, die hieronder worden toegelicht, zijn minstens tot en met 6 januari 2021 van kracht. Het opheffen zal gebeuren in functie van de resultaten een eindscreening, die op dezelfde wijze als in Menen zal worden georganiseerd.
In de tijdelijke bufferzone (1 km) dienen pluimvee en de andere vogels in de stallen, gebouwen of hokken opgesloten te worden. Het verplaatsen van alle pluimvee, andere vogels en broedeieren is verboden (doorvoer doorheen de zone is wel toegelaten). Kijk voor de maatregelen de site van het FAVV.
H5 over heel België
Door de besmetting van de wilde vogelpopulaties met het H5-virus is het risico overal in het land erg hoog dat de omgeving van een pluimveestal besmet is met vogelgriep. Hierdoor is ook het risico op insleep van vogelgriep in de stal door dagelijkse activiteiten op een pluimveebedrijf fors toegenomen. Ook strooisel, dat in open lucht werd bewaard en mogelijk werd besmet door wilde vogels, is een potentieel gevaar.
Het FAVV vraagt dan ook een bijzondere aandacht voor de bedrijfsgebonden activiteiten waarbij personen en materiaal, in het bijzonder strooisel, kratten en voertuigen, in de stal worden gebracht.
Het FAVV raadt aan om strooisel uitsluitend afgedekt of in een overdekte ruimte op te slaan en daarnaast de banden, wielkasten en treeplanken van het voertuig, waarmee strooisel wordt aangevoerd in de stallen, te reinigen en ontsmetten vooraleer de stal binnen te rijden.
Daarnaast is het handhaven van een strikte bioveiligheid bij alle activiteiten nog steeds van enorm groot belang.