Amerikanen eten weer bijna net zoveel vlees als voor corona
Enkele van de grootste slachthuizen voor runderen en varkens waren tijdelijk gesloten, waardoor de vleesstroom naar supermarkten verminderde. Sommige ketens beperkten de aankopen van klanten. „De problemen in vleesverwerkingsfabrieken lijken nog niet voorbij, hoewel de meeste fabrieken weer in productie zijn", zegt econoom Joe Glauber van de IFPRI-denktank. „Als dit de komende maanden een lagere vleesproductie betekent, dan blijven de vleesprijzen hoger dan vorig jaar, maar waarschijnlijk iets lager dan de huidige pieken."
Impact
Het sneller dan verwachte herstel van de slachtproductie heeft de impact van de coronaviruspandemie op de Amerikaanse vleesvoorraad bijna geneutraliseerd, reageerde de Amerikaanse regering. Het ministerie van Landbouw schatte dat Amerikanen dit jaar gemiddeld 220,2 pond rood vlees en gevogelte zullen eten; meer dan een half pond per dag. De consumptie van rundvlees zou twee derde van de stijging uitmaken. De productie van varkensvlees en vleeskuikens zou ook toenemen.
Met 220,2 pond zou de vleesconsumptie per hoofd van de bevolking slechts één procent lager zijn dan vorig jaar. Daarmee komt wel een einde aan vijf jaar van geleidelijke stijgingen. Maar het zou ruim zeven pond meer per persoon zijn dan de USDA een maand geleden nog inschatte in het maandelijkse WASDE-onderzoek.
Prijsontwikkeling
Over de ontwikkelingen in de land- en tuinbouw in de VS zijn de onderzoekers somberder, niet zozeer over de productie maar vooral over de prijsontwikkeling. In de vleesindustrie hebben de autoriteiten enigszins greep kunnen krijgen op de pandemie doordat het ingehuurd tijdelijk personeel allemaal bijeen komt op enkele honderden werkplekken. Maar bij het binnenhalen van de mais- en graanoogsten en bij het plukken van de katoen, druiven en tomaten gaat het om tienduizenden kleinere werkplekken.