Schouten: EU verplicht salmonella besmet koppel vermeerderingsdieren direct te ruimen

In februari werd een koppel 40-weekse vleeskuikenouderdieren van een Brabantse vermeerderaar geruimd op basis van één positieve Salmonella Enteriditis test. Direct na de positieve uitslag lieten ze vier extra monsters onderzoeken, die allemaal negatief waren. Belangenbehartigers LTO/NOP en NVP uiten hun ongenoegen over de aangepaste regelgeving aan Schouten.

„Ook ik heb tot mijn ongenoegen moeten constateren dat de Europese Commissie dit jaar de uitleg over de Nederlandse bestrijdingsaanpak waarin een verificatieonderzoek plaatsvindt na iedere eerste positieve testuitslag, niet meer acceptabel vindt. Nederland heeft tot nu toe verdedigd dat onze aanpak effectief is, de voedselveiligheid waarborgt en voorkomt dat gezonde dieren onnodig gedood worden. In het overleg op 23 januari is echter uitvoerig toegelicht dat de Europese Commissie nu strikt vasthoudt aan de EU-regelgeving die feitelijk geen ruimte laat voor de routinematige hertest die Nederland uitvoert bij elke eerste positieve testuitslag. De Commissie heeft Nederland erop gewezen dat Verordening slechts in uitzonderingsgevallen toestaat om zo’n hertest te doen.”

„Bij de totstandkoming van de huidige EU-regelgeving in 2003 heeft de Europese Unie ervoor gekozen om vermeerderingsdieren bij een geconstateerde besmetting meteen uit productie te nemen. Aanleiding was de aanname dat het hertesten niet altijd goed in staat zou zijn om een salmonellabesmetting accuraat aan te tonen. Het gaat daarbij vooral ook om koppels dieren waarin slechts een gering deel van de dieren besmet is. Dat is een risico voor de voedselveiligheid. Andere lidstaten en de Europese Commissie gaan daar nu ook nog steeds van uit.”

WUR-onderzoek

Om de claim te kunnen onderbouwen dat de Nederlandse aanpak verantwoord is, heeft het Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit eind 2019 aan Wageningen University en Research (WUR) gevraagd om de verschillende bestrijdingsaanpakken te vergelijken en een wetenschappelijk onderbouwde evaluatie te maken van de mate waarin het hertesten een salmonellabesmetting in een koppel, accuraat kan aantonen. Dit vergelijkend onderzoek moet de noodzakelijke wetenschappelijke onderbouwing geven, of daarvoor aanknopingspunten leveren, die de Europese Commissie en andere lidstaten kan overtuigen dat het hertesten accuraat kan worden uitgevoerd en dat het huidige strenge EU-voorschrift niet per se nodig is.

„Ik betreur het dat dat de aanpassing van de bestrijdingsaanpak zoals u stelt, inderdaad leidt tot hogere kosten voor de sector. Om deze reden, maar ook omdat ik het doden van dieren als bestrijdingsmaatregel tegen dierziektes zoveel mogelijk wil vermijden, zal ik mij inzetten in Brussel voor andere voorschriften die beter tegemoet komen aan deze belangen.”

Plotseling besluit

LTO/NOP en NVP waren verbaasd over het plotselinge karakter van het besluit. „Het besluit van de Commissie over de Nederlandse bestrijdingsaanpak is gekoppeld aan een beslissing over de toekenning van EU-subsidies voor het gehele salmonella-programma. Die laatste beslissing moet de Commissie elk jaar uiterlijk 31 januari nemen. Het ministerie werd op maandagavond 20 januari op de hoogte gesteld van het besluit dat de Nederlandse aanpak voor de Commissie niet meer acceptabel is en daarom de financiering voor 2020 zou afwijzen.”

Kort daarna, in het overleg van 23 januari, lichtte Schouten LTO/NOP hierover in. „Niet alleen stond de gehele financiering voor 2020 op het spel. Ook bestaat de kans dat de Europese financiering over voorgaande jaren wordt ingetrokken. Bovendien kan Nederland officieel in gebreke worden gesteld. Dat heeft gevoelige reputatieschade tot gevolg en kan ook aanzienlijke gevolgen hebben voor de afzet van pluimvee en pluimveeproducten in en buiten de EU. Al met al wil Nederland deze risico’s niet lopen, temeer daar het onvermijdelijk is dat Nederland gewoon aan de Europese regelgeving moet voldoen nu de Commissie voorlopig een punt achter de discussie heeft gezet. Dat neemt niet weg dat ik zoals gezegd, mij zal inzetten om te komen tot Europese voorschriften die het vertrouwen krijgen van andere lidstaten en voorkomen dat dieren onnodig worden gedood”, schrijft de minister.

Lees hier de complete Kamerbrief van maandag 9 maart.