Ruimen volgende stap tegen H3N1-vogelgriep
Leghennen laten uitzieken tegen laagpathogene H3N1-vogelgriep en vervolgens weer in productie laten komen, is geen goed idee. Belgische pluimveedierenartsen die getroffen bedrijven begeleiden, zien dat de hennen het virus overwinnen en daarna niet meer besmettelijk zijn.
Maar door beschadigingen aan de eileiders komt de eiproductie niet of nauwelijks meer op gang en leggen de hennen geen verkoopbare eieren meer. Veel van deze leghennenhouders lieten hun hennen vervolgens slachten. Ruimen lijkt voor deze bedrijven nog de enige optie. Veel besmette vermeerderingsbedrijven kozen hier al voor en ruimden hun dieren vrij snel na een uitbraak.
Vraag of ruimen afdoende is
Het is echter de vraag of ruimen van besmette koppels afdoende is om verdere besmettingen te voorkomen. De eerste uitbraak op een pluimveebedrijf dateert al van januari. Vanaf half april nam het aantal besmettingen fors toe. Momenteel is het virus vastgesteld op ruim 70 pluimveebedrijven. „Het is nog onduidelijk hoe het virus zich precies gedraagt. Daarom zou het kunnen dat het virus ook op bedrijven aanwezig is waar de dieren geen ziekteverschijnselen vertonen”, zegt Ruth Bouwstra, sectormanager pluimvee van de Gezondheidsdienst voor Dieren (GD).
Lees het uitgebreide achtergrondverhaal over de aanpak van laagpathogene H3N1 vogelgriep in de regionale agrarische vakbladen Stal & Akker, Vee & Gewas, Veldpost en Agraaf van zaterdag 22 juni. Klik hier om een gratis proefnummer voor een van deze agrarische vakbladen aan te vragen en hier om abonnee te worden op één van deze vakbladen.
