'Geurbeleid moet op daadwerkelijke meting zijn gebaseerd'
„Het huidige geurbeleid voor de veehouderij is op termijn niet houdbaar. De verschillen tussen berekening en de werkelijkheid zijn te groot. We moeten toe naar een systematiek die gebaseerd is op het daadwerkelijk meten van geur. Ondertussen zouden veehouders en adviseurs niet moeten aansturen op wat er maximaal kan op een locatie”, schrijft de LTO-bestuurder met portefeuille 'Ondernemen in een gezonde omgeving.”
Meer vertrouwen
Het meten vergroot het inzicht in de geuroverlast en geeft aan veehouders de mogelijkheid om effectief maatregelen te nemen door aanpak aan de bron, voer- en managementmaatregelen of een beter functionerende luchtwasser. ‘Realtime' metingen ofwel actuele data zorgen dat een pluimveehouderij of varkenshouderij direct te weten komt als er iets mis is en geeft omwonenden vertrouwen in de vergunningensystematiek. Elshof stelt echter dat het meten van geur complex is en er nog aanvullend onderzoek nodig is. Ook moeten de sensoren nog beter worden en er dient ruimte te komen voor nieuwe experimenten. Daarom zal het nog even duren, voordat dit beleid generiek ingevoerd kan worden.
Elshof raadt veehouders en adviseurs af om exact te berekenen wat er maximaal kan op een locatie. „Boeren moeten gewoon hun gezond boerenverstand gebruiken om te zien of de gewenste ontwikkeling ook past op die plek en er straks geen overlast ontstaat. Als dat wel het geval is, heb je er tientallen jaren last van.”
Daadwerkelijke overlast meten
Het meten van geur is daarnaast een objectieve methode om een normering op te stellen en inzicht te geven in hoeverre de geuroverlast subjectief of daadwerkelijk aanwezig is. Dit is belangrijk voor pluimveehouders en varkenshouders, gemeenten en omwonenden om elk debat over geur zuiver te houden. Bovendien blijkt uit een leefbaarheidsonderzoek van het platteland, uitgevoerd door het Belgische instituut ILVO, dat geuroverlast maar door een heel klein percentage burgers als een grote ergernis ervaren wordt. Vaak zijn het andere factoren die bijdragen aan de perceptie dat men last van geur ondervindt. Metingen kunnen dergelijke ‘subjectieve waarnemingen’ op een andere manier beoordelen en kwantificeren.
Tekst: Reinout Burgers
Al bijna 25 jaar volg en schrijf ik als journalist onder meer over de varkenshouderij en pluimveehouderij. Twee uiterst boeiende en dynamische sectoren met veel gepassioneerde ondernemers.
Beeld: Susan Rexwinkel
Bron: LTO Nederland