Belgische vleeskuikenhouder ontving vorig jaar gemiddeld 2,30 euro per kuiken
Dat blijkt uit cijfers van de Belgische KBC bank. De bank schrijft niets over de gemiddelde vleeskuikenprijzen. „De vleeskuikenprijzen waren de eerste helft van 2018 nog relatief goed, maar daalden in het vierde kwartaal fors”, zegt landbouweconoom Jan Leyten van KBC. „De toegenomen productie in Polen, een groter import vanuit de Oekraïne en opnieuw sterke aanwezigheid van Brazilië op de internationale markten zijn hier de belangrijkste oorzaken”, zegt Leyten.
Voor Belgische leghennenhouders was 2018 geen slecht jaar. „2017 was een uitzonderlijk goed jaar. Door het tekort aan eieren als gevolg van de fipronilcrisis stegen de eierprijzen na de zomer in 2017 fors. Leghennenhouders die niet getroffen waren door de crisis profiteerden hiervan en maakten hoge winsten. Voor veel leghennenhouders was 2017 het beste jaar uit hun bestaan.”
„Na de crisis zijn in België evenals in Nederland en andere Europese landen weer veel hennen opgezet waardoor het aanbod van eieren steeg en daarmee de prijs daalde”, legt de landbouweconoom uit. „In België werken veel leghennenhouders op contract. In veel contracten nemen de afnemers van de eieren ook een deel van het marktrisico op zich door altijd een minimumprijs te geven. In die contracten staan correcties als de eierprijs zakt en voerprijs stijgt zodat niet alleen de leghennenhouder risico loopt. Er bestaan verschillende types van contracten, waarbij de leghennenhouder in meer of mindere mate ingedekt is tegen de prijsschommelingen op de markt en dus in min of meerdere mate zelf risico neemt", licht de landbouweconoom toe. „Terugblikkend was 2018 zeker geen slecht jaar voor leghennenhouders. 2014, 2015 en 2016 waren slechtere jaren.”
Veel gebouwd
De afgelopen jaren groeide de Belgische pluimveestapel. Er verrezen zowel nieuwe stallen voor vleeskuikens, leghennen als ook (opfok) vleeskuikenouderdieren. „Er zijn veel nieuwe stallen bij gebouwd, maar op de markt heeft dit nauwelijks invloed omdat het aandeel eieren, kip en broedeieren wat België produceert relatief klein is als je dat kijkt op Europees of wereldniveau.”
De bank keek ook naar andere sectoren. De gemiddelde Belgische varkenshouder leed vorig jaar verlies. Hij ontving gemiddeld 115 euro per vleesvarken, of iets minder dan 1 euro per kilo. Dat is de laagste prijs in vijf jaar. Na aftrek van alle kosten, zoals veevoeder, de afbetaling van de leningen en wat hij moet betalen om het mest kwijt te raken, verloor de gemiddelde Belgische varkenshouder 3 euro per varken, zo blijkt uit cijfers van KBC. Vleesveehouders hebben de laatste jaren het heel moeilijk om rendabel te produceren.
Niet zo goed
Over het algemeen gaat het dus niet zo goed in de Belgische veehouderij. De vleesconsumptie daalt, er is overaanbod en ondertussen eisen de klimaatbetogers een drastische afbouw van de veestapel. „Toch zien we maar weinig faillissementen of landbouwbedrijven die gedwongen moeten stoppen”, zegt Jan Leyten, landbouweconoom bij KBC. „Vaak gaat het om familiale bedrijven en die slagen er altijd wel in om de eindjes aan elkaar te knopen. Maar de vraag is toch: hoelang kun je dat volhouden?”
Die vraag wordt steeds belangrijker, want de Vlaamse boerenbevolking vergrijst snel en er is nauwelijks instroom van jonge landbouwers. De gemiddelde leeftijd van de bedrijfshoofden steeg van 50 jaar in 2007 tot 54 jaar nu. Slechts 10 procent van de boerderijen heeft een gezinshoofd jonger dan 40 jaar, 16 procent is ouder dan 65 jaar. En slechts 13 procent van de bedrijfshoofden ouder dan 50 jaar beschikt over een vermoedelijke opvolger.
Leyten: „Tussen nu en pakweg tien jaar is er dus een gigantische uitstroom in de landbouwsector. En we weten wat er daarbij gebeurt: slechts één op de vier landbouwbedrijven blijft dan bestaan, drie vierde verdwijnt, wordt al dan niet in stukken verkocht.” De Belgische veehouderij staat dan ook voor cruciale jaren en de vraag is: wie houdt nog het hoofd boven water?