PBL corrigeert eindelijk cijfers broeikasgassen vleesconsumptie
De besparing op de uitstoot van broeikasgassen is afhankelijk van de vleessoort die men laat staan: kip, varken of rund.
Aanvankelijk hield het PBL het publiek voor dat de klimaatwinst 25 tot 40 procent zou bedragen. Vorige maand stelde het PBL dit al enigszins bij, na actie van Stichting Agri Facts, maar noemde het bureau nog altijd niet het werkelijke klimaatvoordeel van het eten van minder vlees, volgens STAF. 'Tot gisteren, nadat STAF deze week opnieuw in actie kwam.'
Schadelijke gevolgen
Stichting Agri Facts is enerzijds blij met het bereikte resultaat en de relatief vlotte aanpassing van de cijfers door het PBL. Anderzijds ziet STAF ook de schadelijke gevolgen van deze grote onzorgvuldigheid van het PBL, door veel te hoge broeikasgascijfers voor vleesconsumptie naar buiten te brengen. John Spithoven, voorzitter van STAF: „Het maakt nogal wat uit of je politiek en samenleving voorhoudt dat halvering van de vleesconsumptie 25 tot 40 procent, óf 2 tot 4 procent minder broeikasgassen oplevert.”
Aan cijfers van het PBL wordt door politiek en samenleving veel waarde gehecht, daarbij is het PBL door de Rijksoverheid aangewezen als rekenmeester voor de uitwerking van het Klimaatakkoord. Spithoven: „Wij moeten er op kunnen vertrouwen dat óók de cijfers over de land- en tuinbouw zorgvuldig tot stand zijn gekomen en met diezelfde zorgvuldigheid zijn gerapporteerd. Dat was hier beslist niet het geval.”
Halvering niet realistisch
Halvering van de vleesconsumptie wordt niet realistisch geacht. Het PBL adviseert het kabinet om binnen het huidige Klimaatakkoord aan te sturen op een vermindering van de consumptie van dierlijke eiwitten van 15 procent. In dat geval zal de klimaatwinst zo’n 0,5 tot 1 procent minder broeikasgassen zijn.
Tekst: Gineke Mons
Gineke Mons (1970) groeide op op een biologisch melkveebedrijf in Gelderland. Na haar studie journalistiek werkte ze 13 jaar bij het Agrarisch Dagblad. Sinds 2008 is ze freelance (landbouw)journalist, met het accent op veehouderij en diergezondheid.
Beeld: Pixabay
Bron: Stichting Agri Facts