Traaggroeiende vleeskuikens en coccidiose
Een andere aandoening welke meer problemen lijkt te geven is coccidiose. Coccidiose geeft bij vleeskuikens veel schade. Door de snelle groei zijn coccidiose soorten die de groei en voederconversie bevloeden nog belangrijker bij reguliere vleeskuikens dan bij de traaggroeiende vleeskuikens. Maar deze soorten (Eimeria acervulina, E. mitis en E. praecox) kunnen ook bij traaggroeiende vleeskuikens problemen geven, echter worden deze vaak niet zo onderkend als bij reguliere vleeskuikens. Traaggroeiende vleeskuikens laten het voer eerder staan dan reguliere vleeskuikens wanneer ze iets onder de leden hebben, hierdoor is de voeropname een belangrijke indicatie is voor de gezondheid van deze traaggroeiende dieren. Door deze lagere voeropname, blijft de ontlasting vaak langer goed dan bij reguliere vleeskuikens, omdat de verstoorde darm deze kleine hoeveelheid voer nog goed kan verwerken. Hierdoor zijn darmproblemen bij traaggroeiende kuikens soms wat moeilijker te diagnosticeren. Klinisch worden duidelijk problemen gezien met de agressievere soorten coccidiose (Eimeria maxima en E. tenella). Bij Eimeria tenella kan plotseling verhoogde uitval optreden, waarbij opvalt dat de gestorven kuikens bleker zijn dan normaal. Ook kan bloederige blinde darm mest gezien worden, maar in heel acute gevallen sterven de kuikens voordat de bloederige blinde darm mest te zien is.
Preventie tegen coccidiose
Preventie tegen coccidiose kan op verschillende manieren plaatsvinden. Een juiste behandeling van de stallen tijdens de leegstand kan de coccidiose druk flink verminderen.Droog strooisel zal de sporulatie van oysten verminderen en voor een lagere infectiedruk zorgen. Het gebruik van goed voer kan de schade ten gevolge van coccidiose infectie beperken. Verder worden coccidiostatica veel ingezet om schade ten gevolge van coccidiose te beperken. Een andere, aan populariteit winnende, benadering is het op regelmatige tijdstippen gebruiken van coccidiose vaccins als deel van een lange termijn preventiestrategie. Tijdens de leegstand zijn er verschillende manieren om de coccidiose druk te verminderen. Een goede ontvetting en overvloedig spoelen, het branden van de vloeren of het gebruiken van ammoniak als ontsmetting van de stal zijn manieren om de coccidiose besmettingen van uw stal te reduceren.
Verschillen met reguliere vleeskuikens
Door de langere levensduur van de traaggroeiende kuikens, kan een coccidiose besmetting langer circuleren in de stal en hierdoor een mogelijk hogere druk realiseren dan bij traditionele vleeskuikens. Tevens is het mogelijk dat resistentie tegen coccidiostatica ontstaat door een langere gift van deze middelen ten opzichte van reguliere vleeskuikens. Een alternatief voor het geven van coccidiostatica kan vaccineren zijn. Door het hogere aantal kilogram voer dat deze dieren eten gedurende hun gehele leven, is de hoeveelheid benodigde coccidiostatica per dier hoger bij traaggroeiende kuikens in vergelijking met reguliere kuikens. Doordat tijdens vaccineren tegen coccidiose geen coccidiostatica gebruikt (mogen) worden, zorgt deze besparing voor een kleinere investering voor het vaccineren tegen coccidiose bij traaggroeiende kuikens. Een vaccinatie zorgt voor het vervangen van een groot deel van de veldstammen door minder schadelijke en beter gevoelige stammen uit het vaccin. Hierdoor kan de coccidiose problematiek verminderen en ook de gevoeligheid tegen coccidiostatica verbeteren.
Het vaccineren tegen coccidiose kan ook het gehele jaar toegepast worden. De inzet van coccidiostatica is al vele jaren een discussiepunt geweest, zowel in Nederland als binnen Europa. De preventieve inzet van deze coccidiostatica wordt door sommige partijen als ongewenst gezien. Er zijn al de eerste concepten die zonder het gebruik van coccidiostatica werken. Ook bij deze concepten brengt vaccinatie tegen coccidiose een meerwaarde.
Tekst: Stefan Verhoeven