'Meer dan 30 procent fijnstofreductie levert beperkte winst op'
Dat zegt NVP-voorzitter Hennie de Haan na vragen van Pluimveeweb.nl. Uit recent onderzoek (VGO 3) blijkt dat directe omwonenden van pluimveebedrijven geen verhoogde kans op het krijgen van een longontsteking hebben. De NVP is blij met de uitkomst van dit onderzoek en heeft altijd grote bedenkingen gehad bij de conclusies die in VGO 1 en 2 werden getrokken. Maar de NVP is evenals LTO/NOP van mening dat verder gegaan moet worden op de ingeslagen weg met integrale emissiereductie.
We willen als sector niet ter discussie staan, zegt De Haan. Verbetering van het stalklimaat, met daardoor lagere emissies uit de stal is ons doel. Voor de pluimveehouderij streven we naar win-win-win situaties met een betere leefomgeving voor het dier, werkomgeving voor de pluimveehouder en zijn personeel en leefomgeving voor zijn gezin en omwonenden. Ten aanzien van diergezondheid en technische resultaten worden ook voordelen verwacht. Dat biedt een pluimveehouder en zijn personeel zelf ook voordelen.
Tien pilots veelbelovend
Het verkeer en de industrie stoten echter ook veel fijnstof uit, weet De Haan. Uit onderzoeken blijkt dat de luchtkwaliteit op bepaalde plaatsen niet verbeterd bij fijnstofreductie van meer dan 30 tot 40 procent uit pluimveestallen omdat het verkeer en de industrie als achtergrondinvloeden deze reductie weer teniet doen. Daarom mag de pluimveesector geen generieke reductie-eis van 50 tot 70 procent opgelegd krijgen, vindt de NVP-voorzitter.
Nu er geen duidelijke relatie meer gelegd kan worden tussen fijnstofemissies uit pluimveestallen en de gezondheid van omwonenden kan de tijd worden genomen om de uitkomsten van de vele onderzoeken die lopen af te wachten. Met name de 10 pilots vanuit het Praktijkcentrum Emissiereductie Veehouderij (PEV) zijn veelbelovend, omdat daar haalbare en betaalbare technieken worden getest op hun toepasbaarheid en effecten onder praktijkomstandigheden.
Niet akkoord met percentages
Het kabinet wil dat de uitstoot van pluimvee uit nieuwe stallen met 70 procent omlaag gaat en uit bestaande stallen met 50 procent. We werken mee aan fijnstofreductie maar gaan niet akkoord met deze percentages, zegt De Haan.
Ten eerste blijkt uit onderzoeken dat een hoge fijnstofemissireductie weinig tot geen extra gezondheidswinst oplevert. Dat laatste zou het doel moeten zijn. Ten tweede moet de regering eerst aangeven wat hun referentiekader is. Moet de uitstoot uit bestaande stallen 50 procent lager zijn dan in bijvoorbeeld 2016 en geldt dat voor alle stalsystemen? Zo lang niet bekend is wat het referentiekader is en welke bijdrage de pluimveehouderij hiermee levert aan het uiteindelijke doel van een schonere lucht en hogere levensverwachting in Nederland, gaan we hoe dan ook nergens mee akkoord en tekenen we niks, maar werkt de sector zelf verder aan integrale emissiereductie op basis van haalbaarheid en betaalbaarheid.