'Spoel drinknippellijnen na medicatie altijd door'
Dat zei drinkwaterspecialist Joost Straathof van JS Water woensdagavond 12 september tijdens de Pluimveeweb thema-avond Voeding voor vleeskuikenhouders in Meppel (DR). Hij komt jaarlijks op tientallen veehouderijen om problemen met drinkwaterkwaliteit op te lossen. Tijdens zijn presentatie ging hij in op de vraag hoe vleeskuikenhouders de drinkwaterkwaliteit kunnen verbeteren.
Vrijwel alle vleeskuikenhouders reinigen hun waterleidingssysteem na iedere ronde met een middel op basis van waterstofperoxide. Dat is zeer verstandig. Je moet je ronde beginnen met een volledig schoon systeem. Maar drinkwaterleidingen spoelen tijdens een ronde na een enting of andere toevoeging aan het drinkwater doet lang niet iedere vleeskuikenhouder, terwijl dit zeker lonend kan zijn, vertelde Straathof. Als vleeskuikenhouder zou ik na iedere toevoeging aan het drinkwater reinigen met een reinigings- en desinfectiemiddel voor waterleidingen en standaard iedere twee weken alle drinknippellijnen spoelen.
Je moet er wel mee oppassen, waarschuwde een vleeskuikenhouder zijn collegas in de zaal. Een aantal vleeskuikenhouders mengt standaard een desinfectieproduct door het water of verstrekt standaard water behandeld met Watter of Envirolyte systeem. Maar wanneer er een desinfectieproduct door het water zit, heeft een drinkwaterenting of een antibioticabehandeling geen enkel nut. De vleeskuikenhouder vindt schoon drinkwater echter wel uiterst belangrijk. Wanneer er een plakkerige biofilm in een drinkwaterleiding zit, heeft een enting of antibioticabehandeling ook geen zin.
Maak vervuiling zichtbaar
Vleeskuikenhouders moeten vervuiling zichtbaar maken, vindt Straathof. Dat kan door bijvoorbeeld een doorzichtig stuk buis te plaatsen in n drinknippellijn per stal of met een automatisch vuil-water-detectie-systeem.
Wanneer de drinkwaterkwaliteit verslechtert, wordt een vleeskuikenhouder hier direct op geattendeerd en kan hij beginnen met spoelen van de drinklijnen. Straathof is bovendien voorstander van een automatisch doorspoelsysteem op iedere drinknippelleiding. Dat maakt het voor de vleeskuikenhouder veel beter praktisch uitvoerbaar om drinklijnen te spoelen tijdens de ronde en bij leegstand. Wanneer je iedere drinknippellijn met emmers of afvoerslangen moet spoelen, doe je dat n of twee rondes. Daarna stop je er weer mee omdat het te veel tijd kost.
Bronwater geeft sneller problemen
Straathof raadt vleeskuikenhouders aan minimaal maandelijks de geur, kleur en smaak van het bronwater te controleren en ook de waterkwaliteit in de stal dan te controleren. Dat kun je heel eenvoudig doen door uit het eind van je drinknippellijnen in een witte emmer water te tappen en hier aan te ruiken en kijken hoe troebel het water is.
Daarnaast adviseert hij om twee keer per jaar watermonsters op te sturen naar een laboratorium voor onderzoek. Maandelijks de kleur, geur en smaak controleren blijft nodig. Bronwater kan op papier aan de norm voldoen en toch problemen geven.
In vergelijking met leidingwater is de kans op fouten met water uit eigen bron veel groter, volgens Straathof. Bij een bronwaterbehandelingsinstallatie kunnen er storingen optreden, waardoor bijvoorbeeld het ijzer- of mangaangehalte in het water te hoog wordt. De kosten van leidingwater vallen relatief mee. Als vleeskuikenhouder is het altijd verstandig om deze optie ook te overwegen.
Beschikbaarheid
Naast waterkwaliteit is beschikbaarheid ook erg belangrijk. Uit een onderzoek bij vleeskuikenhouders in Zuid-Nederland bleek dat de nippelopbrengst bij de start van de ronde sterk verschilde van 0 tot 10 milliliter tot meer dan 50 milliliter per minuut.
Een gelijkmatige Nippelopbrengst door de hele stal is erg belangrijk. Bij te hoge nippelopbrengst wordt het strooisel te nat. Stel je drukregelaars daarom goed in. En test de nippelopbrengst verspreid over de stal regelmatig met een nippelopbrengsmeter. Hang drukregelaars bovendien altijd in het midden van de stal, bij stallen langer dan 60 meter om verschil in opbrengst te voorkomen.
In vergelijking met andere veehouderijsectoren in Nederland, doet de vleeskuikenhouderij het goed qua drinkwaterkwaliteit, maar verbeteringen zijn altijd mogelijk. Door opwarming, laag waterverbruik en drinkwatertoevoegingen kan de waterkwaliteit in het begin van de ronde snel achteruit gaan. Hier ligt nog een grote uitdaging, concludeert Straathof.