LTO/NOP: Verplicht 70 procent fijnstofreductie niet bij wet
Dat zegt Hugo Bens, portefeuillehouder milieu van de vakgroep pluimvee van LTO/NOP,in reactie op de plannen van de Nederlandse regering. Het kabinet wil dat de uitstoot van pluimvee uit nieuwe stallen met 70 procent omlaag gaat en uit bestaande stallen met 50 procent.
Het kabinet neemt het advies van het rapport Gezondheidsrisicos rond veehouderijen: vervolgadvies van de Gezondheidsraad over. Dit vervolgadvies concludeert dat er geen sprake is van een oorzakelijk verband, maar dat laat onverlet dat het zinvol is om de uitstoot van fijnstof en ammoniak verder te verminderen. Er is geen causaal verband. Dus is het niet bewezen dat fijnstofuitstoot uit pluimveestallen slecht is voor de gezondheid van omwonenden. Dus wat dat betreft staan we als sector sterk. Maar uit meerdere onderzoeken blijkt wel dat het zeer aannemelijk is.
Aangezien het aannemelijk is dat fijnstofuitstoot uit pluimveestallen mogelijk een slechte invloed heeft op de gezondheid van omwonenden, willen we als pluimveesector meewerken om de uitstoot van fijnstof uit pluimveestallen in pluimveerijke gebieden te verminderen. Maar de regering moet dit niet bij wet verplichten. Daar zijn we tegen, vertelt Bens. We willen er wel een convenant voor afsluiten met de overheid, net als we destijds voor de antibioticareductie gedaan hebben. Dat was niet bij wet verplicht. Maar na het sluiten van het convenant zijn we er als sector mee aan de slag gegaan. En hebben we het antibioticagebruik in de pluimveesector fors verlaagd.
Pluimveearme gebieden ontzien
Bens vraagt zich af wat het nut is van fijnstofreductie op een pluimveebedrijf in een pluimvee- en burgerarm gebied. Primair pluimveefijnstof slaat dicht bij de stallen neer. Waarom zou een pluimveehouder in een pluimveearm gebied, met burgerwoningen op afstand van de pluimveestal(len), de uitstoot van zijn bestaande stal(len) met 50 procent moeten verlagen? Dit kost een pluimveehouder zeer veel geld, terwijl de winst op volksgezondheid bij voorbaat nihil is. Daarom zou ik willen pleiten voor een ontheffing voor bestaande stallen op deze locaties.
Momenteel worden er op pluimveebedrijven in de Gelderse Vallei tien fijnstofreducerende technieken getest. We nemen als pluimveesector al stappen om de uitstoot van fijnstof te reduceren, vertelt Bens. Hij mist daarin de (financie) steun van de landelijke overheid. We hebben slechts 200.000 euro subsidie gekregen van de landelijke overheid om de technieken te testen in de Vallei. Dat is een schijntje.
De Nederlandse overheid trok in totaal 2 miljoen euro uit voor onderzoek naar fijnstofreductie in de pluimveehouderij. Wageningen UR ontving de overige 1,8 miljoen euro voor onderzoek naar een nieuwe pluimveestal die nauwelijks fijnstof, ammoniak en geur uitstoot. Dat onderzoek loopt momenteel. Pluimveehouders in pluimveerijke gebieden, die de fijnstofuitstoot uit hun bestaande stallen moeten verlagen, hebben hier niks aan. Zij moeten kunnen kiezen uit technieken om fijnstof te reduceren, zegt Bens.
Financie steun overheid ontbreekt
Momenteel is de fijnstofuitstoot van de pluimveehouderij in de omgeving van Someren (NB) en Nederweert (LB) te hoog. Om dit te verbeteren zijn bovenwettelijke aanpassingen nodig. Wij vinden dat in deze gebieden de oplossing niet gezocht moet worden door strengere regelregelgeving, maar door als landelijke overheid, de pluimveehouders in deze gebieden financieel te ondersteunen, zodat ze niet alle kosten voor fijnstofreductie zelf moeten betalen. De Nederlandse overheid wil dat deze pluimveehouders, die allen al een geldige vergunning hebben, de uitstoot van fijnstof reduceren. Dan moeten ze daar op zijn minst aan mee betalen, stelt Bens.