Video: 'Staldata hou ik voor mezelf'
Westerbeek sprak woensdag op het Pluimvee Symposium in Eersel over het opzetten van zijn bedrijf in Oost-Duitsland en hoe hij op afstand, hij woont in Nederland, via data zijn personeel aanstuurt.Hij heeft 18 uur per dag zijn i-pad bij de hand wanneer hij in Nederland is en monitort zo continue hoe het op zijn bedrijven gaat. Door jarenlang cijfers van stallen te verzamelen, ziet hij snel kleine afwijkingen tussen stallen en grijpt dat aan om het management verder te optimaliseren.
Doelen opstellen voor data
Iedere vleeskuikenhouder beschikt over data, maar volgens Westerbeek kunnen veel collegas daar meer uit halen. Hij adviseert wel om doelen op te stellen, anders blijft het een hoop data. Ik heb verschillende doelen. Per stal wil ik van iedere ronde een goede prognose kunnen maken van de eindgewichten. Een ander doel is de beste groei, liefst het goedkoopste, per voersoort. Dat betekent dat ik altijd 2 en soms 3 voerleveranciers heb, om vergelijkingen te kunnen maken.
Data delen
Op de vraag of alle vleeskuikenhouders de data voor zich zelf moeten houden, zegt hij: Ik kan me voorstellen dat het voor andere pluimveehouders, of een deel, wel interessant is om data te delen. Dat ligt aan hoe je daar zelf als ondernemer in staat en ook welke doelen je wilt bereiken, aldus Westerbeek.