NVP: werk niet mee aan vragenlijst ziektever-wekkers vleeskuikens
Deze voorbeeldbrief kan opgevraagd worden bij secretaris Aalt den Herder van de NVP via a.denherder@nvpluimveehouders.nl.
Het RIVM en de NVWA willen weten welke ziekteverwekkers hoe vaak voorkomen bij vleeskuikens en bij mensen die dagelijks in aanraking komen met vleeskuikens. Via een steekproef zijn 200 vleeskuikenbedrijven geselecteerd voor het onderzoek.
Deelname aan het onderzoek naar ziekteverwekkers bij vleeskuikens is verplicht. Vleeskuikenhouders mogen zelf weten of ze deel willen nemen aan het onderzoek naar ziekteverwekkers bij henzelf, hun medewerkers en gezinsleden.
Snappen nut vragenlijst niet
We snappen dat er voor het onderzoek in stallen mest- en stofmonsters verzameld moeten worden en ontlasting en neusswabs bij mensen. Maar we snappen niet waarom vleeskuikenhouders een uitgebreide vragenlijst in moeten vullen, licht Den Herder toe.
De NVWA wil per stal onder meer de opzetaantallen, afmetingen, voederconversie, aflevergewichten, afkeur, gebruik van pro- en prebiotica, uitval en de top 3 oorzaken van uitval de laatste 3 ronden weten. Ook wordt gevraagd welk coccidiostaticamiddel ingezet is en of er voeradditieteven gebruikt zijn en zo ja, welke.
Die vragenlijst sluit niet aan bij het doel van het Europese onderzoek naar welke ziekteverwekkers voorkomen bij mensen en dieren en hoe vaak ze voorkomen in dierlijke producten. Daarom doet de vragenlijst, voor zover wij nu kunnen beoordelen, niet ter zake en zal niet verplicht gesteld kunnen worden, zo zegt de NVP secretaris.
Tendentieuze rapporten
Hij zocht al contact met de RIVM-onderzoekers maar kon die tot nu toe nog niet bereiken. Daarom stuurde Den Herder een brief met een aantal vragen naar het RIVM. Zo wil de NVP weten waarop de verplichting om mee te werken aan (delen van) het onderzoek is gebaseerd. De vakbond wil de schriftelijke motivatie zien die deze verplichtingen onderbouwt.
Ook wil de NVP weten welke uitkomsten worden gerapporteerd en aan wie. Helaas maakt de sector mee dat slecht uitgevoerd onderzoek met tendentieuze en slecht onderbouwde rapporten de veehouderij beschadigt en onterecht in een kwaad daglicht stelt, verklaart Den Herder. Is er voorafgaand aan eventuele publicatie overleg met de deelnemende pluimveehouders en hun belangenbehartigers over de uitkomsten om vast te stellen of er consensus is over de conclusies, met ruimte voor externe toetsing (second opinion) als dat gewenst wordt?
We denken graag mee over de opzet van het onderzoek om onjuiste gevolgtrekkingen te voorkomen. Zo is het bijvoorbeeld van groot belang in beeld te brengen welke bronnen (anders dan vleeskuikens) van de genoemde ziekteverwekkers in de omgeving aanwezig zijn, legt de NVP secretaris uit.
Vergoeding voor vleeskuikenhouders
Biosecurity is van het allergrootste belang om insleep van ziektes te voorkomen. Daarom adviseren wij leden ook om niemand in de stal toe te laten tenzij dat absoluut noodzakelijk is. Hoe borgt u deze biosecurity en welke schriftelijke garanties geeft u voor het geval binnen een bepaald tijdsbestek na een bedrijfsbezoek er problemen optreden in de bemonsterde koppels?, vraagt Den Herder het RIVM.
Aangezien deelname aan het onderzoek veel tijd kost wil de NVP ook weten of er een vergoeding wordt uitgekeerd aan de geselecteerde pluimveehouders voor de gevesteerde uren.