'Chemische middelen niet nodig voor goede waterkwaliteit'
Dat stelt Jack Jacobs, accountmanager agrarische sector van leidingwaterbedrijf Brabant Water. Het structureel gebruik van chemische middelen zoals waterstofperoxide azijnzuur of chloor duidt in veel gevallen op symptoombestrijding , zegt Jacobs. Dat betekent dat het waterleidingssysteem in de stal niet optimaal is gestalleerd doordat de doorstroming van het water niet snel genoeg is. Een kleinere diameter van de leidingen kan al veel problemen oplossen.
Vroeger waren er volgens Jacobs in varkensstallen geen problemen met waterkwaliteit. Voorheen kwam het water in een koperen leiding op n punt binnen in een stal. Vanaf daaruit stroomde het in een slang naar het eerste hok. Alleen die paar meter waterleiding had het water kans om op te warmen. De doorstroming van het water was vaak zo snel dat de varkens in het tweede hok al koud water te drinken kregen dat dezelfde eigenschappen had als het water uit de waterleiding van het waterleidingbedrijf.
Tegenwoordig worden er volgens Jacobs vaak fouten gemaakt bij het aanleggen van de drinkwaterleiding. Een drinkwatersysteem dat op korte verblijftijd en voldoende verversing is aangelegd, behoeft veel minder onderhoudsmaatregelen. Denk daarbij aan reiniging met water en spoelmogelijkheden van het systeem net voordat jonge dieren moeten leren drinken. Schoon water is het goedkoopste reinigingsmiddel dat te krijgen is, stelt Jacobs.
Biofilm niet erg
Een biofilm in de waterleiding is volgens hem niet erg. Een overmatig groeiende biofilm, dat is het probleem. En die ontstaat als het water te lang stilstaat, bijvoorbeeld in te lange watercircuits in combinatie met te grote diameters.
Als pluimveehouders deze aandachtspunten met hun loodgieter (installateur) goed bespreken, dan kan die een passende waterleiding aanleggen. Dan blijft de waterkwaliteit goed en hoeven pluimveehouders geen duizenden euros per jaar te investeren in chemische middelen, volgens Jacobs.
Het water wat je dieren te drinken krijgen, moet je als pluimveehouder ook zelf durven te drinken. Zo lang dat niet het geval is, moet je geen corrigerende maar structurele acties ondernemen. Als je drinkwater voor vee structureel moet corrigeren is het zaak om de onderliggende oorzaak aan te pakken. Pluimvee moet schoon water te drinken krijgen en daar horen geen correctiemiddelen bij, stelt Jacobs.