Fokkerij draagt bij aan het verminderen van pikkerij
Dat zei WUR-onderzoeker Esther Ellen, die sinds 2004 onderzoek doet naar fokkerij in de legsector, woensdagavond 21 september tijdens de Pluimveeweb thema-avond Fokkerij voor leghennen. De circa 75 bezoekers, waarvan ongeveer de helft pluimveehouder is, luisterden aandachtig naar haar verhaal.
Uit onderzoek blijkt dat eierproductie voor 25 procent en schaalkwaliteit voor 40 procent wordt bepaald door genetische aanleg. Als we alleen naar de genetische aanleg van het dier zelf kijken wordt uitval slechts voor 7 procent bepaald door de genetische aanleg. Echter, als we ook het effect van groepsgenoten meenemen, dan wordt uitval voor circa 20 procent bepaald door de genetische aanleg, zei Ellen.
Effect groepsgenoten
Vroeger zaten leghennen individueel in kooitjes op fokkerijbedrijven. Tegenwoordig weten fokkerij- organisaties dat groepsgenoten veel effect hebben op de prestaties van individuele hennen. Daarom zitten onbehandelde hennen in kleine familiegroepen. Fokkerijorganisaties plaatsen de hennen niet in nog grotere groepen omdat je dan te weinig herhalingen per familie krijgt.
Doordat tegenwoordig de genetische aanleg van de groepsgenoten ook wordt meegenomen, wordt uitval voor circa 20 procent bepaald door genetische aanleg. Volgens Ellen is het daarom belangrijk dat fokkerijorganisaties onbehandelde hennen in groepen houden.
70 dagen ouder
Uit een experiment van Ellen samen met fokkerijorganisatie Hendrix Genetics blijkt dat hennen van een experimentele twee-weg kruising gemiddeld 70 dagen langer kunnen leven, wanneer de genetische aanleg van groepsgenoten ook wordt meegenomen. Hierdoor is het mogelijk om de uitval te verminderen.
Door te selecteren op gedrag en pikkerij kunnen fokkerijorganisaties de levensduur van een hen dus substantieel verhogen, concludeert Ellen. Al benadrukt ze dat leghennenhouders dit pas over een jaar of vier merken omdat fokkerijorganisaties aan de top van de fokkerijpiramide staan.
Management belangrijk
Dankzij de fokprogrammas kunnen hennen steeds langer worden aangehouden. Al is milieu en management van de pluimveehouder zeker zo belangrijk, concludeert Ellen. Met milieu doelt de onderzoeker op factoren zoals, het stalklimaat, verlichting, voeding, opfok, enzovoorts.
Volgens Ellen is het de uitdaging voor leghennenhouders om onbehandelde hennen in grote groepen te houden, omdat zij de milieufactoren rechtstreeks kunnen bevloeden.
Bezetting
Het effect van bezetting is nauwelijks onderzocht, zegt Ellen na een vraag van leghennenhouder Peter van Agt. Volgens de leghennenhouder is het opzetten van minder hennen per vierkante meter niet de oplossing om pikkerij tegen te gaan. Het is wetenschappelijk niet bewezen dat bezetting invloed heeft op pikkerij, vertelt Ellen.
De onderzoeker komt graag in contact met pluimveehouders om naar hun ervaringen te luisteren. Ook hoort ze graag van pluimveehouders wat hun onderzoekswensen zijn. Mail naar Esther Ellen.