‘Vroeg signaleren en bijsturen cruciaal bij onbehandelde hennen’
Dat zei pluimveedierenarts Rik van den Bos van Pluimveepraktijk de Achterhoek uit het Gelderse Ruurlo donderdag 31 maart op de studiemiddag van AgruniekRijnvallei in Veenendaal die in het teken stond van het houden van onbehandelde hennen. Pluimveepraktijk de Achterhoek begeleidt onder meer de opfokkers in Noord-, Midden- en Oost-Nederland van Broederij Ter Heerdt en Agromix Broederij en Opfokintegratie.
Voorkomen is altijd beter dan genezen, zegt Van den Bos. De dierenarts bezoekt daarom opfokkers wanneer de dieren 4, 8, 12 en 16 weken oud zijn en neemt dan hennen mee om een Darmgezondheids-check op uit te voeren. Hij adviseert dit patroon in de legstal voort te zetten en ook op week 22, 26 en 30 een Darmgezondheids-check bij de hennen te verrichten. Als er tot 30 weken geen problemen zijn, dan is de kans groot dat het later in de ronde ook goed blijft gaan.
Diergezondheid is essentieel en als de darmgezondheid in orde is, ben je een heel eind op de goede weg. Daarom adviseren wij om op regelmatige basis een Darmgezondheids-check uit te voeren. We pakken daarvoor lukraak een aantal hennen uit iedere opfokstal, niet de beste niet de slechtste.
Snel bijsturen
Als na de check blijkt dat de darmgezondheid niet goed is, zijn er verschillende manieren om deze te verbeteren. In overleg met de opfokker, dierenarts, opfokorganisatie en voerleverancier kan bijvoorbeeld de voerstructuur worden aangepast of additieven aan het voer worden toegevoegd.
Ook kan er gekozen worden voor vaccinatie of kunnen er middelen aan het drinkwater worden toegevoegd. Pas als dat allemaal niet werkt kan er antibiotica worden ingezet, vindt de dierenarts.
Niet lukraak middelen inzetten
Van den Bos merkt dat leghennenhouders nu nog te vaak lukraak middelen zoals koper en zuur inzetten in de hoop dat ze helpen, zonder te weten wat ze aan het doen zijn. Als er regelmatig onderzoek wordt gedaan naar de darmgezondheid, heb je een veel beter beeld van wat er speelt in een koppel en kun je veel gerichter middelen inzetten.
Pluimveehouders zijn nog te vaak te laat met het bestrijden van een probleem bij een koppel waardoor ze naar het noodmiddel antibiotica moeten grijpen. Een darmontsteking is een gevolg van een darmprobleem. Als het darmprobleem eerder was gesignaleerd had een pluimveehouder geen antibiotica in hoeven te zetten, maar waren alternatieve middelen afdoende geweest.
Alternatieve middelen
Volgens Van den Bos zijn er genoeg middelen beschikbaar, die een opfokker of leghennenhouder in overleg met zijn dierenarts kan gebruiken, namelijk:
- Ontworming
- Zuur
- Koper
- Chloor
- Etherische oli
- Probiotica
- MCFAs
- Magnesium of Natrium
- Zink & Biotine
- Vitamines BECK
Pluimveehouders moeten volgens de dierenarts chloor alleen inzetten bij coccidiose problemen. Standaard chloor mengen door het drinkwater is volgens hem nergens voor nodig.
Magnesium door het water mengen brengt een koppel tot rust. Natrium heeft een soortgelijk effect als magnesium. Natrium is weliswaar goedkoper dan magnesium maar zorgt ook voor nattere mest. Als legpluimveehouders zink en biotine inzetten houden ze de huid van de hennen wat steviger en soepeler.
Geen standaard protocol
Helaas bestaat er geen standaard protocol om pikkerij bij onbehandelde hennen te voorkomen. Bij sommige leghennenhouders gaat het goed en bij andere niet. Zo had een klant van hem vorig jaar 16 procent uitval, waarvan 8 procent door pikkerij problemen.
Als er problemen zijn met pikkerij helpt het om de hennen in rood licht te zetten. De hennen zien door het rode licht de wondjes minder goed, waardoor ze minder nieuwsgierig zijn om er in te pikken.
Voorkomen is volgens hem echter beter dan genezen, zeker bij pikkerij. Goed management (bezetting, voer- en waterkwaliteit, ventilatie, licht en lichtsoort, afleiding enzovoorts) is hiervoor natuurlijk een eerste vereiste. Verder is het cruciaal om vroeg problemen te signaleren zodat een leghennenhouder vroegtijdig bij kan sturen en grote problemen met pikkerij kan voorkomen, herhaalt hij.