‘Minder pikkerij bij draadroosters in volièresystemen’
Dat is n van de conclusies uit het onderzoek van Jasper Heerkens aan het ILVO (Instituut voor Landbouw- en Visserijonderzoek). Heerkens vergeleek in 2012-2013 de schadelijke gevolgen van pikkerij in 47 Belgische stallen met voliehuisvesting.
In voliestallen met draadroosters in plaats van dikke kunststof roosters komen bloedluizen minder voor omdat ze zich slechter kunnen verstoppen. Uit het onderzoek blijkt dat de bevedering van hennen beter is en de sterfte 1,9 procent lager is omdat er minder pikkerij is in voliestallen met draadroosters, licht Heerkens toe. Bovendien lag het legpercentage 3 procent hoger bij draadroosters.
Voorkom vuil verenkleed
Uit het onderzoek kwam verder naar voren dat een vuil verenkleed mogelijk tot meer pikkerij leidt. Leghennenhouders moeten nat strooisel, vuile nesten of een vuil systeem voorkomen. De hennen moeten stofbaden kunnen nemen in het droog en rul strooisel. Een vuil verenkleed trekt andere hennen aan om te pikken. Volgens Heerkens doen hennen dit uit nieuwsgierigheid en de sterke natuurlijke drang om te foerageren.
Gemiddeld 4,1 procent uitval
Verenpikkerij en kannibalisme komt in vele gradaties voor in voliesystemen, concludeert Heerkens. Zo lag de totale sterfte op 60 weken in de 47 stallen tussen de 0,9 en 12,8 procent en gemiddeld op 4,1 procent. Ook constateerde Heerkens dat de sterfte afnam, naarmate het verenkleed beter was.
Een lagere bezettingsgraad door het aanbieden van meer ruimte in de vorm van oppervlakte of meer ruimte voor de nestingang (wintergarten en vrije uitloop) leidt tot meer rust en minder pikkerij doordat hennen meer afleiding hebben en de gepikte hennen beter kunnen ontsnappen aan de pikkers, concludeert Heerkens.
