Van Dam: UDD-regeling moet beter uitvoerbaar
In een brief aan de Tweede Kamer schrijft staatssecretaris Martijn van Dam dat de huidige UDD-regeling (Uitsluitend Door Dierenarts) gedeeltelijk gaat veranderen. Per oktober 2016 krijgen veehouders een maximum opgelegd voor het aantal tweedekeusmiddelen die ze op het bedrijf mogen bewaren. Veehouders mogen dan voor maximaal drie aandoeningen die op het bedrijfsbehandelplan staan vermeld tweedekeusmiddelen gebruiken.
Voorraad max. 10 procent
In de nieuwe regeling komt een maximum van 10 procent wat betreft de voorraad van tweedekeusmiddelen voor jonge kalveren, jongvee, melkkoeien, zeugen, biggen en vleesvarkens. De antibiotica hoeft dan niet meer na veertien dagen verplicht afgevoerd te worden. Tevens komt er een regeling voor het inleveren van diergeneesmiddelen waarvan de houdbaarheidstermijn is overschreden.
Standaardbezoeken
Verplicht bezoek van de veearts na individuele behandeling van een dier, gaat plaats maken voor een standaardbezoek met verplichte contactmomenten. Voor de hoogrisicogroep gaat een verplichte bezoekfrequentie van de dierenarts gelden van eens in de twee weken. Binnen deze categorie vallen jonge kalveren tot zes weken na binnenkomst op een bedrijf en biggen tot acht weken oud.
Van Dam onderzoekt de mogelijkheid om veehouders te belonen wanneer zij weinig antiobiotica gebruiken. Zij zouden bijvoorbeeld het gebruik van antibiotica niet iedere evaluatie van het reguliere bedrijfsbezoek terug hoeven laten komen, als stimulans voor goed gedrag.
Tekst: Monica van der Hall
Beeld: Susan Rexwinkel