‘Onderscheiden op kwaliteit en voedselveiligheid’
Dat zei algemeen directeur Martin Scholten van de Animal Sciences Group donderdag 21 mei op het Symposium Hogere Pluimveegezondheid Vlees in het Brabantse Eersel. Nergens anders ter wereld wordt veiliger voedsel geproduceerd en deze kans moet Nederland verzilveren op de exportmarkten, zegt Scholten.
Daarvoor is het cruciaal dat Nederland vrij blijft van vogelgriep uitbraken en salmonellavrij pluimveevlees kan leveren, vertelt Scholten. De wereld vraagt om meer kippenvlees, dus liggen er kansen voor Nederlandse vleeskuikenhouders. In Nederland is in 60 jaar tijd de consumptie van 2,1 naar 22 kilo per inwoner per jaar gestegen, gaf hij als voorbeeld.
Concept en gangbaar
De laatste jaren produceren in Nederland steeds meer vleeskuikenhouders voor concepten. Volgens Scholten moeten we in Nederland zowel voor concepten als gangbaar blijven produceren. Er moeten vleeskuikenhouders geen extra eisen worden opgelegd, want een verplichting betekent dat bedrijven zich niet meer kunnen onderscheiden.
Dierwelzijn en ruimtelijke ordening (vergunningen) zijn zaken waarmee Nederlandse pluimveehouders nu al mee te maken hebben en ook in de toekomst belangrijke aandachtspunten blijven. In het buitenland spelen deze twee zaken minder.
Belangrijke aandachtspunten
Andere belangrijke aandachtspunten voor Nederlandse pluimveehouders zijn antibioticaresistentie, mestopwerking en voeralternatieven. De veehouderij in Nederland moet op zoek naar alternatieve bronnen voor voer, zoals lokale eiwitrijke gewassen of insecten.