‘Pluimveevleessector EU bedreigd door handels overeenkomsten’
Momenteel is de Europese Unie in overleg met een aantal landen om te komen tot bilaterale handelsovereenkomsten. Deze zijn er op gericht de handel verder te liberaliseren en importheffingen te verlagen of helemaal af te schaffen. LEI Wageningen UR onderzocht de gevolgen voor de concurrentiepositie van de pluimveevleessector in de EU.
Uit eerdere onderzoek, basisjaar 2011, kwam naar voren dat dankzij de invoerheffingen de aanbiedingsprijs van Europese producenten kan concurreren met de aanbiedingsprijs van pluimveevlees uit de meeste niet-EU landen.
Situatie verslechterd
Uit deze vervolgstudie, met als basisjaar 2013, blijkt echter dat de situatie is veranderd ten nadele van de Europese producenten. Dit komt door een grotere stijging van de veevoerprijzen in de EU en een lagere wisselkoers van de lokale valuta ten opzichte van de euro.
Nu al bieden Brazili Argentinien de Oekrae kipfilet aan onder de aanbiedingsprijs van Europese producenten. Als de importheffingen met 50 procent dalen, hebben naast deze drie landen ook de Verenigde Staten en Thailand lagere aanbiedingsprijzen voor de kipfilet dan de Europese producenten. Dit betekent meer importen van buiten de EU naar de Europese markt en een verslechtering van de concurrentiepositie van de Europese pluimveevleessector.
Kostenstijging door regelgeving
Bedrijven in de Europese pluimveevleessector moeten voldoen aan Europese wetgeving voor dierenwelzijn, voedselveiligheid en milieubescherming. Deze regelgeving zorgt voor een meer duurzame productiemethode, maar leidt tegelijkertijd tot een stijging van de kosten voor pluimveehouders en bedrijven in de keten.
Omdat in niet-EU-landen dergelijke wetgeving veelal ontbreekt, ondermijnt dit de concurrentiepositie van de Europese pluimveevleesketen. In 2012 produceerden de EU-landen 12,9 miljoen ton pluimveevlees, waarvan 76 procent kuikenvlees. De sector biedt werkgelegenheid aan 303.000 personen en de productiewaarde is 32 biljoen euro.