Rechtbank: Nordrhein-Westfalen mag doden eendagshaantjes niet verbieden
De rechter spreekt van een substantie ingreep in de beroepsvrijheid van broederijen die niet wordt gedekt door de dierenbeschermingswet. Het verbod op doden van eendagshaantjes stond bovendien in de grondwet als bescherming voor broederijen. De rechter stelt ook dat de overgangsperiode van n jaar onredelijk kort is.
Vanwege het belang van de zaak, kunnen tegenstanders van de uitspraak in beroep gaan. Daarom is het besluit nog niet definitief. Minister Remmel van de Groene partij laat het er niet bij zitten. Dieren zijn geen afvalproduct, zegt hij.
De openbaar aanklager in Mster zei in een eerdere uitspraak dat er geen goede reden is waarom eendsagshaantjes gedood worden. En dat er sprake is van een criminele overtreding die in strijd is met de dierenbeschermingswet. De broederijen in Nordrhein-Westfalen stellen dat de gedode kuikens worden gebruikt als veevoer. Dat is volgens de broederijen een verstandige reden.