Knelpunten antibioticabeleid deels opgelost
De beroepsgroep krijgt de ruimte om in uitzonderingsgevallen via richtlijnen en antibioticum richtlijnen (formularia) af te wijken van het wettelijk kader. Het akkoord is een blijk van vertrouwen in het KNMvD-kwaliteitsbeleid en een gevolg van de stappen die de afgelopen jaren zijn gezet om het antibioticagebruik terug te dringen.
Voorzitter Dirk Willink: Dit is een enorm compliment aan alle dierenartsen die zich hebben ingespannen om onder grote tijdsdruk te helpen bij de ontwikkeling van richtlijnen en daarna aan de feitelijke afname van het antibioticagebruik.
Het diergeneeskundig handelen zal in de nabije toekomst weer richtinggevend zijn en niet langer ondergeschikt aan een nooit aangepaste bijsluitertekst. In de loop van de jaren hebben dieren zich namelijk ontwikkeld, dit heeft ook gevolgen voor de werking van antibiotica.
Voorwaarden
Aan het opstellen van zogenaamde voetnoten in richtlijnen en antibioticum richtlijnen zijn echter wel voorwaarden verbonden. Zo gelden de uitzonderingsgevallen alleen voor specifieke antibiotica en specifieke aandoeningen bij bepaalde diersoorten. Over de knelpunten zal bovendien ook overleg plaats vinden met het bureau diergeneesmiddelen van het College ter Beoordeling van Geneesmiddelen (CBG-MEB).
Vleeskuikens
De verwachting is dat in het najaar nu ook de richtlijnen Toepassen antimicrobie middelen (TAM), Veterinair handelen bij vleeskuikens tijdens de opzet en eerste levensweek op het vleeskuikenbedrijf gepubliceerd kunnen worden.
Ook de bestaande antibioticum richtlijnen zullen vervolgens in overleg met de Werkgroep Veterinair Antibioticabeleid (WVAB) en de antibioticum richtlijn commissies zo snel mogelijk worden aangepast in de geest van de Richtlijn TAM.
Tekst: Tom Schotman
Groeide op een vleeskuikenbedrijf in het Achterhoekse Vragender op. Schrijft sinds augustus 2013 voor Pluimveeweb.nl, vakblad Pluimveeweb, Pigbusiness.nl, vakblad Pig Business en de regionale agrarische vakbladen van Agrio.
Tekst: Koninklijke Nederlandse Maatschappij voor Diergeneeskunde
Beeld: Susan Rexwinkel