NVP: Meet voetzoollaesies op bedrijf

De NVP blikt in zijn nieuwsbrief terug op het eerste jaar waarin scores op voetzoollaesies worden bijgehouden. Er komen veel te vaak rare en onverklaarbare uitslagen binnen, ook waar met een camera is gewerkt. Pluimveehouders zien het steeds meer als Russische roulette, wat zal het worden? Vooral de brieven van DR (nu RVO) vallen niet in de smaak bij pluimveehouders. 

Vleeskuikenhouders wachten nu op het resultaat wat RVO over het jaar 2013 gemiddeld berekend heeft op stalniveau. Als blijkt dat deze gemiddeld per stal te hoog is, moet de bezetting terug naar 39 kg/m in de betreffende stal bij de eerstvolgende opzet.

Meting door CBD 

Het CBD mag en kan als enige organisatie deze onafhankelijke meting voor een vleeskuikenhouder uitvoeren en heeft medewerkers die hier speciaal voor zijn opgeleid en erkend door RVO.

In de stal wordt diagonaal op vier plaatsen gemeten. Hierbij wordt per plaats van 25 vleeskuikens de rechterpoot beoordeeld en gescoord. De vleeskuikenhouder is hier zelf bij aanwezig, zodat hij/zij direct kant zien wat er gescoord wordt. Uiteraard wordt de score hierbij toegelicht.

Na afloop van de controle ontvangt een vleeskuikenhouder een rapportage met daarop de verschillende percentages voetzoollaesies per stal. De meting vindt plaats tussen het uit- en wegladen. Het ideale moment hiervoor is vijf dagen voor het wegladen. 

Zelf verantwoordelijk voor scores

De vleeskuikenhouder is zelf verantwoordelijk voor het scores van de voetzoollaesies. Slachterijen kunnen deze service vaak ook bieden aan de slachtlijn, de keuze is aan de pluimveehouder. Wanneer de kuikens in het buitenland worden geslacht, dan is stalmeting noodzakelijk, tenzij een vleeskuikenhouder afspraken kan maken met de slachterij.

Geteresseerde vleeskuikenhouders kunnen contact opnemen met de planning van CBD op telefoonnummer 030-694 18 80 of per e-mail info@cbd.info.