Pluimveesector beetje zondebok antibioticaresistentie
Diergezondheid in de pluimveehouderij is en blijft een belangrijk onderwerp. Zeker met het oog op de volksgezondheid, antibioticaresistente bacteri en ESBL doet de sector er alles aan om het antibioticagebruik te verminderen en tegelijkertijd de diergezondheid op peil te houden en zelfs te verbeteren. Op het symposium Hogere Vleespluimveegezondheid, dat 14 mei door Vencotec en Coppens Diervoeding werd georganiseerd, kwamen ongeveer driehonderd pluimveehouders en mensen uit de pluimveeketen luisteren naar de verschillende inleiders, waaronder Hetty van Beers, directeur Autoriteit Diergeneesmiddelen.
De SDa is een onafhankelijk instituut dat richtlijnen vaststelt voor verantwoord antibioticumgebruik in de dierhouderij. Het controleert en analyseert data, en geeft vervolgens aan welke veehouderijbedrijven aanpassingen moet doen om binnen de streefwaarden van 15 tot 17 dierdagdoseringen te komen. Van Beers stelde dat het goed gaat met de reductie van antibiotica in de pluimveehouderij in het bijzonder en de veehouderij in het algemeen.
In 2012 lag het antibioticagebruik in de pluimveehouderij op 40 procent van 2009. Maar kan de pluimveehouderij nog verder verminderen of gaat het gebruik afvlakken rond de 30 tot 40 procent en waar ligt de grens van dierenwelzijn? Dat wordt een spel van uitdaging tussen dierhouder, kip, stal en voer.
