Toekomst Brabantse boeren blijft onzeker:
Rechter eist overleg tussen provincie, boeren en milieuclubs

Onder aanvoering van Mobilisation for the Environment (MOB) en Vereniging Leefmilieu, waar MOB-voorman Johan Vollenbroek in het bestuur zit, hebben milieuverenigingen door het hele land provincies verzocht om de natuurvergunningenin te trekken van boeren die in de buurt van Natura2000-gebieden stikstof uitstoten. Ze vrezen voor onherstelbare schade aan de natuur.
Rechter bij boeren op bezoek
De provincie Noord-Brabant wees de verzoeken eind maart af. De rechter in Brabant moest zich er daarom als eerste van Nederland over buigen toen er bezwaar op dat besluit kwam. Die zitting vond niet alleen in de rechtszaal plaats. De Brabantse rechter besloot om bij de boerenbedrijven, waaronder veel pluimveehouders, een kijkje te nemen en in gesprek te gaan met de boeren. Onder andere pluimveehouder Frank Rooijakkers kreeg een bezoek van de rechter én Johan Vollenbroek.
Ook vroeg ze de province om meer duidelijkheid te geven over de effectiviteit van de belangrijkste andere passende maatregelen: de Landelijke beëindigingsregeling veehouderijlocaties (Lbv) en de Landelijke beëindigingsregeling veehouderijlocaties met piekbelasting (Lbv-plus).
Moeilijke keuze voor rechtbank
De rechtbank geeft aan om voor een moeilijke keuze te staan. ,,Een keuze voor het belang van de één, gaat ten koste van het belang van de ander. Dat realiseert de rechtbank zich maar al te goed¨, schrijft ze.
Volgens de rechtbank gaan in de Peel alle beschermde habitats achteruit. In de andere gebieden gaan habitats achteruit of wordt achteruitgang niet uitgesloten. Dat mag niet. Daarom moet er volgens de rechter binnen een jaar een substantiële daling van de stikstofdepositie plaatsvinden. De Lbv en Lbv-plus hebben hiervoor niet genoeg effect.
Met alle partijen om tafel
Daarom moet de provincie passende maatregelen treffen voor de boerenbedrijven. Dit is volgens de rechtbank het enige wat kan helpen om de situatie in de natuurgebieden te verbeteren. Bij het nemen van deze maatregelen moet de provincie rekening houden met de natuur en met de boeren. Daarbij sluit de rechtbank het gedeeltelijk intrekken van vergunningen niet uit.
De provincie moet zich nu zelf buigen over wat deze passende maatregelen zijn. Hiervoor moet ze van de rechter met alle boerenbedrijven en de milieuclubs om tafel. De provincie krijgt hiervoor een half jaar de tijd.