NVP en LTO/NOP zoeken concrete praktijkvoorbeelden van afroming dierrechten

Het ministerie van Landbouw, Visserij, Voedselzekerheid en Natuur (LVVN) heeft besloten het aantal dierrechten in de varkens- en pluimveehouderij met 25 procent en 13 procent af te romen bij verkoop en overdracht buiten de familie. Deze nieuwe maatregel is op 1 januari dit jaar ingegaan. De Producentenorganisatie Varkenshouderij (POV), LTO/NOP en de NVP vinden deze maatregel buitenproportioneel. Daarom zijn deze organisaties begonnen met de voorbereidingen van een rechtszaak. Juristen zien goede mogelijkheden om deze buitenproportionele maatregel succesvol aan te vechten.

Voor de rechtszaak zijn concrete transacties nodig. De NVP en LTO/NOP zijn daarom op zoek naar twee praktijkvoorbeelden in de pluimveehouderij, waarbij er na 1 januari 2025 pluimveerechten zijn overgenomen van een ander bedrijf en waarbij die rechten zijn afgeroomd. Er worden ook twee praktijkgevallen gezocht in de varkenshouderij.

Waar moeten gezochte bedrijven aan voldoen?

1. Er moet sprake zijn van een transactie na 1 januari 2025 waarbij rechten zijn overgenomen van een ander bedrijf. Het bedrijf heeft na het overnemen van de rechten van de RVO een ‘Overzicht geregistreerde pluimveerechten’ ontvangen of is in afwachting daarvan. Het overzicht is niet ouder dan zes weken.
2. Het bedrijf beschikt over een passende milieuvergunning en (onherroepelijke) natuurvergunning en was de afgelopen jaren niet verwikkeld in een juridische procedure en/of handhavingszaak.
3. In nauw overleg met de jurist zal worden gekeken welke praktijkvoorbeelden het beste bruikbaar zijn voor de procedure.
4. De vier organisaties willen snel duidelijkheid en hopen hiervoor de eerste transacties te mogen benutten.

Aanmelden

Pluimveehouders die willen meewerken aan deze procedure worden gevraagd dit aan te geven bij de NVP of LTO/NOP door te mailen naar info@nvpluimveehouders.nl of ebokkers@lto.nl. Er wordt dan contact met de pluimveehouder opgenomen. In overleg met de pluimveehouder wordt dan gekeken of het praktijkvoorbeeld aansluit bij de procedure. Ook wordt de pluimveehouder dan geïnformeerd over de stappen die worden voorbereid en wat er met de gegevens van de pluimveehouder wordt gedaan.