245 pluimveehouders vragen beëindigingsregeling aan, 106 definitieve stoppers

Afgelopen vrijdag, 20 december, sloot de inschrijftermijn voor de Lbv-plus voorbij. Het totale aantal aanvragen komt uit op 1.590, 665 aanvragen vallen onder de Lbv en 920 onder de Lbv-plus.
De pluimveehouderij telt 245 potentiële stoppers. Nederland telt op dit moment een 1.700 pluimveebedrijven. Dat betekent dat een kleine 13 procent van de pluimveehouders van plan is de staldeuren voorgoed te sluiten. De overheid ontving inmiddels 106 teruggestuurde overeenkomsten. Dat wil zeggen dat deze ondernemers akkoord zijn met het voorstel.
Tweede voorschotten
Ook zijn er 20 tweede voorschotten aangevraagd. Deze bedrijven voldoen inmiddels aan alle eisen om te stoppen, waaronder het afvoeren van verpompbare mest en dieren. Na de aanvraag van het tweede voorschot controleert de NVWA of de aanvragen aan alle eisen voldoen. Wanneer zij groen licht geven, wordt het tweede voorschot overgemaakt. Het tweede voorschot bedraagt 60 procent van het overeengekomen bedrag.
De melkveehouderij telt op dit moment een kleine 14.000 bedrijven. 449 melkveehouders schreven zich in voor de beëindigingsregeling. Tot op heden stuurden 247 melkveehouders de overeenkomst terug. In de sector zijn inmiddels 17 tweede voorschotten aangevraagd.
Varkenshouderij
De varkenshouderij telt het grootste aantal potentiële stoppers. 574 bedrijven schreven zich in voor de stoppersregeling. Nederland telt op dit moment 3.000 varkensbedrijven. Dat betekent dat een kleine 20 procent van de varkenshouders van plan is te stoppen. De overheid ontving inmiddels 374 terug gestuurde overeenkomsten. Er zijn 20 tweede voorschotten aangevraagd.
In de provincies Gelderland (481), Noord Brabant (366) en Limburg (287) zijn de meeste aanvragen voor de landelijke stoppersregeling. Uit de gemeentes Ede, Venray en Barneveld komen de meeste aanvragen, het zijn er meer dan 70 per gemeente. Het deelnemen aan de regeling is pas definitief op het moment dat de ondernemer het aanbod van de overheid accepteert en terugstuurt.
Tekst: Esther Keijsers
Beeld: Natasja Beverloo