'LVVN wil vertrouwen sector terugwinnen'

De creativiteit van dierenliefhebbers georganiseerd in activistische clubjes kent geen grenzen, maar ook geen realiteit. De nieuwste creatieve vondst: de Kippengeluksmeter. Jawel, er is een metertje dat het geluk van kippen kan meten.

Voormalig landbouwjournalist Berrie Klein Swormink startte in september als ketenadviseur pluimvee bij het ministerie van Landbouw, Visserij, Voedselzekerheid en Natuur (LVVN). Hij wil het geluid van de pluimveesector in Den Haag laten horen.

„Dankzij warmtewisselaars is het stalklimaat bij onze vleeskuikenouderdieren aanmerkelijk beter. Mede hierdoor hebben we vrijwel nooit meer last van coliproblemen”, zegt vleeskuikenouderdierenhouder Noud Beijer.

Opvolger Marc Roelse denkt dat de pluimveestapel de komende jaren inkrimpt doordat er veel pluimveehouders deelnemen aan de opkoopregelingen. Hij vindt dit jammer omdat de vleeskuikenstapel al drastisch is gedaald door de omslag naar 1 ster.

Vlees zou slecht voor mens en milieu zijn en de consumptie moet drastisch verminderen met als doel een eiwittransitie van dier naar plant. Echter, elk jaar komen er nieuwe cijfers die toch een gunstiger beeld van onder meer kip en eieren laten zien.

Het afgelopen jaar heb ik hard gewerkt aan het Nationaal Vleesonderzoek. Op 15 oktober mocht ik samen met mijn collega’s van Nederland Vleesland het Nationaal Vleesonderzoek aanbieden aan de Vaste Kamercommissie van het ministerie van LVVN.

Omschakeling naar trager groeiende kuikens bij een bezetting van maximaal 30 kilo per vierkante meter en een minimale slachtleeftijd van 49 dagen – het European Chicken Commitment-concept – leidt minstens tot een verdubbeling van de ammoniakemissie.

„De exportmarkt voor broedeieren blijft de komende jaren goed door de wereldwijd stijgende vleeskuikenstapel, terwijl de mondiale vleeskuikenouderdierenstapel onvoldoende meestijgt”, voorspelt Koen Lafaut.

Een beter dierenwelzijn is iets dat elke legpluimveehouder in de basis zou moeten willen. Het draagt bij aan een betere gezondheid en dus een beter inkomen. Met KipUP helpt dierenarts Vera Bavinck legpluimveehouders werken aan een beter dierenwelzijn.

„De rechtstreekse eier- en eiproductenverkoop is rendabeler dan verwacht”, zegt Bernice Oosting. Zij en haar man Harro zijn er razend enthousiast over. Een groot deel van hun eieren zetten ze zelf af. Dat is ook hun motto; ‘Zelf doen!’

Begin jaren 90 gaf de provincie de opdracht om ecologische verbindingszones in te plannen bij de ruilverkaveling. Eric Barten was destijds melkveehouder en raadslid. „Nu houden we 35.000 antibioticavrije vleeskuikens in Ontario.”