Werken met KPI's via de praktische boerenbenadering van NoviPlus
Bewust balanceren met broedeieren
Op de achtergrond kraaien de hanen in de stal; alsof ze de woorden van Klazien van Drie willen onderstrepen: „Als je boer wilt blijven, moet je je bewust zijn van wat er gebeurt in de stal én de omgeving.” Klazien en haar man Eric houden al ruim dertig jaar moederdieren. Eerst in de buurt van Nijkerk (GD), maar nu al jaren in Noordwolde op de grens van Friesland en Drenthe. Een moeilijke, maar daarom juist mooie tak van sport binnen de pluimveehouderij.
„We worden afgerekend op het bevruchtings- en uitkomstpercentage van de broedeieren en dat is echt zoeken naar een balans”, zegt Klazien. Dat is allereerst een balans in de stal. Hanen en hennen bij elkaar is natuurlijk vragen om onrust, zeker in het begin als de hanen nog jong en onbesuisd zijn.
Klazien: „Je wilt de hennen maar óók de hanen zoveel mogelijk beschermen.” Wat betreft de hanen is het ‘spelen’ met het percentage dieren op de totale koppel. „We beginnen eigenlijk altijd met 8,5 procent, waarbij we de hele periode apart hanenvoer gebruiken met een lager eiwit- en calciumgehalte”, vertelt Eric. Een andere balans is die tussen eierproductie en vleesproductie. Ross 308 staat bekend als vleesras, maar de moederdieren moeten naast het doorgeven van de typische vleeseigenschappen ook en vooral eieren produceren.
Worsteling
Maar het gaat ook steeds meer om de balans tussen de stal en de omgeving zo ervaren de gedreven vermeerderaars. En dat is best een worsteling moeten ze beiden erkennen. „Vroeger ontvingen we schoolklassen waarbij we onder andere eieren braken om kinderen te laten zien waar het bij een bedrijf als het onze om gaat”, vertelt Eric. „Maar dat doen we niet meer. Er is iets gebeurd en dat is razendsnel gegaan.”
Dat ‘iets’ waar Eric het over heeft, heeft alles te maken met de term plofkip en alle beelden die daar omheen zijn ontstaan. De omgeving is daardoor anders gaan kijken en denken over pluimveevlees. Waardoor in de Nederlandse supermarkten inmiddels alleen maar het 1 ster Beter Leven-pluimveevlees wordt verkocht.
„Ik vind het vreemd dat ze supermarkten zo gestuurd hebben dat ze alleen maar 1 ster Beter Leven-vlees verkopen. Is dat nu echt zo duurzaam?”, vraagt hij zich af en pakt er een veelkleurige advertentie van Aviagen bij in het pluimveemagazine van Royal GD (zie bijgaande afbeelding). „De afgelopen twintig jaar is niet alleen de productie verbeterd, maar zijn we mede door efficiënt voerverbruik ook veel duurzamer geworden op allerlei terreinen.”
Bedrijfsgegevens
Eric en Klazien van Drie hebben een vermeerderingsbedrijf met 35.000 moederdieren (Ross 308 van Aviagen) verdeeld over 5 stallen in Noordwolde (FR). De bevruchte eieren worden 2 á 3 keer per week opgehaald door broederij Elshuis in Albergen, het voer komt van De Heus. De leeftijd bij opleg is 20 weken, bij 60 weken gaan ze naar slachterij G.P. Remkes in Epe. Eric en Klazien proberen de legperiode te verlengen tot boven die gemiddelde 60 weken. Ze beschikken over het duurzaamheidscertificaat NoviPlus waardoor ze een meerprijs voor hun uitgelegde moederdieren beuren bij Remkes. Remkes heeft afzet naar onder meer Mora en bedrijven die salades maken.
‘Keuzelijst’
Het gaat Eric dus om integrale duurzaamheid en wat dat betreft is het niet vreemd dat hij sinds 2019 bestuurslid is van Novi-Pluim, met als belangrijk onderdeel haar duurzaamheidslabel NoviPlus (zie kader). Dat is opgezet om de uitgelegde moederdieren en hanen beter te verwaarden. „Met NoviPlus laten we onderbouwd zien dat we goed bezig zijn”, zegt hij. Die onderbouwing bestaat eigenlijk uit een hele uitgebreide set KPI’s of duurzaamheidskengetallen die samen met de WUR zijn opgesteld. Of een ‘keuzelijst’ zoals Eric en Klazien het liever noemen.
„Niet dwingend zaken opleggen zoals bij Beter Leven gebeurt, maar een lange lijst van duurzaamheidsaspecten waaruit elke vermeerderaar zelf zijn eigen keuzes kan maken.” Het lukt Eric en Klazien goed om de minimaal benodigde 125 punten te halen. Eric roemt de ‘praktische boerenbenadering’ van die duurzaamheidskeuzelijst, die door het bestuur van Novi-Pluim periodiek wordt bijgesteld. Zoals begin vorig jaar toen een aanpassing pas definitief werd nadat de ledenvergadering ermee instemde. „Het komt dus van mensen uit de praktijk, mensen die dagelijks tussen de kippen lopen. In afstemming met de afzet; dat spreekt me heel erg aan.”
De NoviPlus-certificering leidt tot een hogere slachtprijs die nog verder kan oplopen in de vorm van een kwaliteitstoeslag van de slachterij van maximaal 5 centen. Die toeslag krijg je bij goede scores qua bevedering, letsel, borstblaren, pootontstekingen en beschadigde voetzolen. „Maar minstens zo belangrijk en misschien nog wel belangrijker is dat we daardoor bewuster bezig zijn met ons bedrijf en de impact op de omgeving”, aldus Klazien. „Je moet als boer alert blijven op alle punten in die duurzaamheidskeuzelijst; anders heb je hier geen bestaansrecht hoor.”
Het zijn grote woorden maar ze meent het onmiskenbaar uit de grond van haar hart. Dat geldt ook voor Eric die het ook heeft over het als vermeerderaars onderling delen van duurzaamheidskeuzes. „Je leert zo van elkaar waardoor je je verder kunt verbeteren.”
Met NoviPlus en KPI's laten we onderbouwd zien dat we goed bezig zijn
Spanningsveld
Hij raakt daarbij wel een teer punt zo blijkt. „Ik wil data alleen maar delen als ik er nut van heb, informatie terugkrijg.” Onder die terughoudendheid ligt een spanningsveld van geven en nemen. Waarbij vooral Eric vindt dat het delen van die duurzaamheidsdata snel te veel geven wordt en te weinig nemen. „Allerlei partijen hebben belang bij die data: voerfabrieken, slachterijen, het ministerie. Wat gebeurt er met die data, wat moeten ze ermee en wat krijg ik ervoor terug? Als ik de precieze samenstelling van mijn voer wil weten en de herkomst van grondstoffen, krijg ik dat toch ook niet te horen?”
Ook hier gaat het dus weer om een balans, waarbij Eric het belangrijk vindt dat je als ondernemer zelf het stuur in handen houdt en zelf keuzes maakt. Wat dat betreft zet hij wel eens vraagtekens bij de Beter Leven-aanpak. „Dierenarts, voer, slachterij, broederij; het is allemaal vastgelegd. Waarbij ze ook nog eens alle data willen hebben. Wat voor sturing heb je dan nog als ondernemer?”
Boerenwelzijn
Ondanks de terughoudendheid kun je Eric en Klazien absoluut niet betichten van blinde eigenwijsheid. Integendeel. Ze proberen steeds bewuster te balanceren met de productie van hun broedeieren en de afzet van hun uitgelegde moederdieren en hanen.
„IKB, de Avined-hygiënescan, NoviPlus; het draagt allemaal bij aan een beter bewustzijn”, aldus Klazien. Maar ze mist wel een in haar ogen te veel onderbelicht woord: boerenwelzijn! „Je werkt zeven dagen per week, hebt te maken met grote risico’s. Soms gaan we samen met veel spanning in ons lijf de stal in als het even niet lekker loopt. Als je dan zo’n stikstofkaart van Van der Wal onder ogen krijgt, waarbij in het gebied waar wij boeren doodleuk staat dat er tot wel 90 procent stikstof gereduceerd moet worden…..”
Klazien valt even stil bij de gedachte aan dat vermaledijde kaartje van begin juni 2022. Eric verwoordt de pijn als volgt: „Opkopen is eigenlijk uitroken. Je wordt zo geplaagd dat je er eigenlijk geen zin meer in hebt.” Beide ondernemers kijken elkaar aan en je ziet bijna dat ze denkbeeldig hun mouwen opstropen. „Broedeieren produceren is een prachtig specialistisch vak en we zijn er in Nederland hartstikke goed in”, besluit Klazien.
NoviPlus-notering 5 centen boven Deinze
Novi-Pluim is een landelijke vereniging van vermeerderaars die in 2005 is opgericht. Inmiddels telt de vereniging, met Izak Vermeij als directeur, circa 100 leden. Eric van Drie is bestuurslid sinds 2019. In 2015 startte Novi-Pluim met een eigen duurzaamheidslabel: NoviPlus. Met dat label lukt het de vereniging, door intensieve samenwerking met pluimveeslachterij G.P. Remkes uit Epe, een hogere slachtprijs te verwezenlijken voor de afgeleverde hennen en hanen van gecertificeerde vermeerderaars. „Op jaarbasis ligt onze NoviPlus-notering, die we elke 4 weken vaststellen in overleg met Remkes, gemiddeld 4 á 5 cent boven de notering van Deinze”, aldus Vermeij.
Om het NoviPlus-certificaat te halen, moet een vermeerderaar minimaal 125 punten halen. Daarvoor is er een eisenpakket of set KPI’s, verdeeld over de volgende 4 thema’s (met tussen haakjes het aantal criteria waarop punten zijn te scoren): dierenwelzijn (40), diergezondheid (27), milieu en omgeving (19) en scholing (1). Specifiek voor vermeerderaars wat betreft dierenwelzijn is bijvoorbeeld het percentage hanen bij aanvang van de legperiode en op 25 of 30 weken leeftijd. Qua diergezondheid kun je bijvoorbeeld punten verdienen als je beschikt over nevel- of padkoeling. Bij het thema milieu en omgeving zijn er punten te verdienen met maatregelen die zorgen voor vermindering van ammoniakemissie, fijnstof, geur en energieverbruik. Inzet van zonnepanelen en/of windmolens levert ook punten op, net zoals inpassing in de omgeving.
De audit en daarmee de toekenning van het aantal punten gebeurt een keer per jaar door een onafhankelijk Kiwa-controleur en valt samen met de audit voor IKB Kip. De NoviPlus-eisen zijn hoger dan IKB Kip, dat als basis geldt. Alle hennen worden geslacht bij Remkes in Epe waardoor de transportafstand bij alle certificaathouders onder de 8 uur (560 km) blijft.
Tekst: KPI: Rochus Kingmans
Gepokt en gemazeld in de landbouwjournalistiek en communicatie.
Beeld: Marloes van 't Klooster