Braziliaanse veehouder krijgt boete van 47 miljoen voor ontbossen Amazone
De veehouder ontboste tussen 2003 en 2016 5600 hectare in het Amazonewoud in het noordwesten van Brazilië. Het bewijs hiervoor werd geleverd middels satelietbeelden en filmopnames waarin de veehouder bekent verantwoordelijk te zijn voor de ontbossing.
Kettingzaag
De veehouder, Dirzeu Kruger, liet de bomen en andere vegetatie met kettingzagen verwijderen. Het leeggemaakte land zette hij vervolgens in brand, waarna hij er grasland van maakte. De miljoenenboete die de boer moet betalen gaat naar het Braziliaanse klimaatnoodfonds. De veehouder kreeg daarnaast ook de opdracht het vernielde regenwoud te herstellen. Hij mag in de toekomst niet meer handelen in vee en landbouwproducten en geen kettingzagen en tractoren meer kopen. De veehouder kan er nog voor kiezen tegen de uitspraak in beroep te gaan.
901.000 ton koolstof
De hoogte van de boete, 47 miljoen euro, is berekend aan de hand van een model van de Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling (OESO). Met het ontbossen van het gebied kwam er 901.000 ton koolstof vrij. Bossen spelen een belangrijke rol in het tegengaan van de klimaatverandering. Hoe meer koolstof de natuur vasthoudt, hoe langzamer de klimaatverandering verloopt.
Justitie hield de boer ook verantwoordelijk voor de milieuvervuiling die hij veroorzaakte door de broeikasgassen die vrijkwamen bij het verbranden van de begroeiing.
Grote invloed politiek op ontbossing
Het Amazonegebied is het grootste regenwoud ter wereld. De helft daarvan ligt in Brazilië. De ontbossing liep sinds 2004 gestaag af. Door te bezuinigen op de handhavers die ontbossing tegen moeten gaan, nam onder voormalig president Bolsonaro de ontbossing tussen 2019 en 2022 weer toe.
De huidige president Lula doet er juist veel aan om de Amazonekap te voorkomen. In zijn eerste termijn, tussen 2003 en 2010, werd de kap al met 80 procent teruggebracht. Toen hij Bolsonaro vorig jaar opvolgde, draaide hij diens beleid direct terug.
Lula wil dat er in 2030 geen illegale ontbossing meer plaatsvindt, al lukte het hem vorig jaar niet daarover harde afspraken te maken met andere Zuid-Amerikaanse landen.
EU stelt ontbossingsverordening op
Producten en grondstoffen die bijdragen aan ontbossing moeten vanaf eind december 2024 aan nieuwe regels voldoen. Ondernemers moeten straks bewijzen dat hun producten zoals palmolie en soja ‘ontbossingsvrij’ zijn. Dit geldt voor de import naar de EU en de export vanuit de EU, maar ook voor de productie in de EU zelf. De regels moeten verdere ontbossing tegengaan en broeikasgassen verminderen. Ontbossing betekent dat er bomen of bossen worden gekapt voor de landbouw of veeteelt. Bosdegradatie betekent dat mensen oerbossen of wilde bossen omzetten naar aangeplante bossen of landbouwgrond. Als dit gebeurt, verminderen de biodiversiteit en de kwaliteit van de bossen.
Impact EU
De EU wil de eigen impact op ontbossing en bosdegradatie verminderen. Daarom komen er meer eisen voor de import van producten uit de hele wereld, maar ook voor de productie in de EU zelf en de export van producten. De meeste producten uit bossen komen nu vaak uit Azië, Noord-Amerika en Zuid-Amerika. De regels staan in de Europese ontbossingsverordening (European Union Deforestation Regulation of EUDR). De EUDR-regels moeten ervoor zorgen dat de EU straks minder broeikasgassen uitstoot met de import en doorvoer van producten uit bossen. De regels gelden vanaf 30 december 2024.